Club Brugge won dinsdagavond met 0-1 op het veld van LASK Linz en zette daarmee een grote stap richting de poulefases van de Champions League. Blauw-Zwart kwam op bepaalde momenten wel goed weg in Oostenrijk. Bovendien was er heel wat te doen omtrent de strafschop die werd omgezet door Hans Vanaken.
Voor het eerst deed de VAR zijn intrede in de Europese voorrondes en al na zeven minuten werd die een eerste keer ingeschakeld. Club kreeg immers een elfmeter toegewezen, maar voorafgaand leek Loïs Openda buitenspel te staan. Ook de herhaling was allesbehalve hoopgevend voor Blauw-Zwart. Na minutenlang analyseren besloot de VAR echter om niet in te grijpen en werd de strafschop gewoon toegekend.
En daar bestaat een opvallende reden voor: de UEFA maakt immers gebruik van een speciale 3D-lijn om buitenspel aan te geven, zo schrijft Het Nieuwsblad. Daarbij wordt de schouder van de verdediger gebruikt als startpunt, wat op zich veel correcter is. Openda stond ook met zijn voet op gelijke hoogte van de schouder van zijn tegenstander. Zijn eigen arm stond in principe wel buitenspel, maar daar daar kan hij niet mee scoren dus dat speelt geen rol.
Het ergste is echter dat Club bij dergelijke fase in België géén penalty had gekregen. De videorefs van de KBVB beschikken bij gebrek aan middelen immers niet over gelijkaardige 3D-technologie. Daardoor moeten de voeten van de verdediger als startpunt voor de lijn gebruikt worden, maar dat is dus niet altijd correct. Een probleem dat naar de toekomst toe moet aangepakt worden en toch de investering waard lijkt.