No sweat, no glory. Om de eerste zege van het nieuwe seizoen over de streep te trekken moest Club Brugge direct terugvallen op haar bekende leuze. De moeizame overwinning tegen KRC Genk kostte de landskampioen tenslotte bloed, zweet en tranen. Aan de zijlijn zag kersvers T1 Carl Hoefkens terwijl een heleboel interessante zaken om eens grondig over na te denken.
Net als zijn meer ervaren voorgangers stelde hij bijvoorbeeld vast dat het tijdperk van Ruud Vormer definitief afgelopen is. Een linie lager beleefde ook een ander Blauw-Zwart monument een erg lastige namiddag. Vooral in de eerste helft stond Brandon Mechele namelijk voortdurend te zwemmen tegen Cyriel Dessers, die hem tevens simpel aftroefde voor de gelijkmaker. Misschien verdient Jack Hendry dan toch nog een nieuwe kans in het trio achterin, waar eigenlijk alleen Clinton Mata meteen op de afspraak was. Zelfs met Denis Odoi in de lappenmand behoorde de Schot echter niet eens tot de ruime wedstrijdkern. Daar kregen pakweg Owen Otasowie en afvaller Abakar Sylla de voorkeur. Zijn verhaal in Westkapelle lijkt geschreven, Club speurt al elders naar extra concurrentie centraal in de defensie.
3-5-2 OF 4-3-3?
Liefst iemand die zich zowel in een achterhoede met drie als met vier uit de slag trekt. 4-3-3 of 3-5-2: sinds de passage van Ivan Leko, die er dat laatste systeem introduceerde, vormt het steevast voer voor discussie in Jan Breydel. Recent gaf Hans Vanaken alvast nog eens aan dat de spelers zich goed voelen in hun vertrouwde veldbezetting met drie achterin, wat voor Alfred Schreuder de succesformule bleek. Hoewel zijn opvolger daarop voort wil borduren greep Hoefkens in nadat Genk op voorsprong kwam. Club schakelde om naar een 4-3-3, wat vooral op de rechterkant voor meer offensieve impulsen moest zorgen. Andreas Skov Olsen, samen met Simon Mignolet matchwinnaar, kwam dichter in de buurt van Ferran Jutgla en Noa Lang voetballen. Al was het eerder Mata die zich plots offensief mocht uitleven.
Met resultaat: zijn voorzet luidde de gelijkmaker in, later dwong hij de beslissende penalty af. De 29-jarige publieklieveling liet zo nog eens zien wat hij als pure rechtsback in zijn mars heeft. Tegelijk was het ook Mata die zeker in de eerste helft de meubelen meermaals redde. Het eeuwige vraagstuk over zijn beste positie, een schijnbaar oneindige cyclus, kan dus nogmaals de kop opsteken. Aan de overkant stelde Bjorn Meijer, samen met Vormer na een uur vervangen, dan weer teleur. De bijdrage van de dure zomeraanwinst bleef beperkt, in afwachting van Tajon Buchanan zijn terugkeer lijkt Eduard Sobol het pleit voorlopig te winnen. De afwezigheid van de Canadees – en Antonio Nusa – vormen mogelijk een bijkomende reden om, al dan niet tijdelijk, te switchen naar een formatie met vier verdedigers.
BERGE OF BALANTA?
Al pleit Hoefkens in navolging van Philippe Clement toch vooral voor tactische flexibiliteit, met diverse spelers die meerdere posities in verschillende formaties kunnen bekleden. Desnoods binnen één en dezelfde wedstrijd, zoals afgelopen zondag tegen Genk. Een visie die dus direct rendeerde. "We slikken nog een heel domme goal, maar dan heb ik nog een paar extra vervangingen gedaan en van systeem gewisseld en dat heeft wel opgebracht", aldus Hoefkens achteraf over de prestatie na de pauze. Die wissels misten evenmin hun effect: Sobol en Casper Nielsen bleken upgrades voor Meijer en Vormer, Éder Balanta een stabieler slot op de deur dan Noah Mbamba. Wanneer beschikbaar – schorsingen en blessures loeren telkens om de hoek – blijft de beresterke Colombiaan toch dé nummer zes van Club.
Als back-ups heeft Hoefkens eveneens nog Otasowie, Odoi, Lynnt Audoor, de revaliderende Mats Rits en eventueel zelfs Nielsen achter de hand. Om haar jacht op een vierde titel op rij én Europees succes kracht bij te zetten, wil Blauw-Zwart naar verluidt niettemin nog uitpakken met een topper als Sander Berge. Of wordt die ambitieuze zoektocht nu gestaakt? Om de beloftevolle jonkies op het middenveld voldoende kansen te gunnen, Mbamba voorop, dreigt anders uitgerekend Balanta plaats te moeten ruimen. Op basis van zijn invalbeurt geen pion die Hoefkens graag ziet vertrekken uit de kleedkamer. De eventuele plannen om afscheid te nemen van de krachtpatser, zoals in het verleden wel vaker werd gesuggereerd, mogen na het voorbije weekend weer de koelkast in. Samen met het dossier-Berge?
NOOD AAN NUMMER 9?
Voorin staat er dan weer sowieso nog heel wat te gebeuren. Charles De Ketelaere gaf vrijwillig verstek, Noa Lang daarentegen nog steeds gewoon het beste van zichzelf – al trachtte Gerardo Arteaga, tot zijn vervanging aan de rust flirtend met een rode kaart, hem vroeg in tweeën te trappen. Zij brengen straks een bom duiten op, benieuwd welk prijskaartje Club binnen een jaar op Skov Olsen plakt. Geld dat Vincent Mannaert meteen wil laten rollen voor een nieuw speerpunt, die zelfs nog een pak meer mag kosten dan Ferran Jutgla. Nochtans was hij tegen Genk misschien wel dé grootste blikvanger. Scoren deed de aankoop van vijf miljoen zelf niet, maar voor de rest was hij alomtegenwoordig. Zuiver in de combinatie, snel in de diepte én verrassend sterk in de lucht, zo bleek meermaals in de potige duels.
Bij de Brugse gelijkmaker legde de kleine Spanjaard de bal met het hoofd bovendien netjes klaar voor Vanaken. Eerder had Jutgla ook al Skov Olsen bediend, bij een uitgelezen mogelijkheid op een derde assist koos hij opportunistisch voor eigen succes. De doelgerichte spits trof de paal, maar scoren zal Jutgla – die zichzelf nog een paar keer in een kansrijke positie manoeuvreerde – zeker nog doen. Daarnaast had hij een strafschop kunnen versieren na een duw van Jhon Lucumi, die in tegenstelling tot een latere kopie van Joseph Paintsil op Mata onbestraft bleef. De wendbare en technisch onderlegde werkmier lijkt nu al een betere versie van Sargis Adamyan. Basismateriaal dus. Is een forse inspanning voor een nieuwe nummer negen, zeker eentje met gering groeipotentieel, dan werkelijk nog nodig?
SUPERSUB LARIN?
Of kiest Club, dat uiteraard gewapend moet zijn voor drie fronten én stappen vooruit wil blijven zetten, in plaats van een peperduur exemplaar dan toch beter voor enkele goedkopere versterkingen in de breedte? Denk aan een routinier als Bas Dost, of een optie op de toekomst zoals Daniel Pérez. Pas bij een vertrek van Lang wordt een volwaardige titularis een prioriteit. Cyle Larin zal de partner van Jutgla immers niet worden. Zondag loste de Canadees in het slot Lang af en maakte hij zich niet populair door prompt een penalty te missen. Hoefkens deed zijn stinkende best om een herhaling van het Diagne-scenario vlug uit de wereld te helpen, maar zijn uitleg kon niet iedereen overtuigen. Larin begint zo met een valse noot aan zijn avontuur in Jan Breydel, waar hij voorlopig slechts een bijrol lijkt te krijgen.
In het voetbal dat Hoefkens voor ogen heeft kan de polyvalente aanvaller wel handig van pas komen als supersub. Kamal Sowah leverde in dat opzicht een korte maar degelijke invalbeurt af. Krijgt de recordaanwinst de kans om zich in de ploeg te knokken, of depanneert hij louter tot Buchanan en Nusa fit zijn? Ondanks de deugddoende driepunter tegen een rechtstreekse concurrent is er in Westkapelle alleszins nog werk aan de winkel. Club zwoegde zich met dank aan Mignolet dan wel weer naar een felbevochten zege, net zoals dat in de laatste rechte lijn richting de titel geregeld lukte, de lat ligt er een pak hoger. Wie weet wel het sein voor Hoefkens om het roer reeds enigszins om te gooien, zowel op tactisch vlak als qua personeel. Balanta, Sobol en zelfs Hendry kruisen alvast vurig de vingers.
AD