België snakt naar een Divock Origi-comeback. Alleen: iedereen roept “doen”, tot zijn loonbrief op tafel ligt. En toch liggen er vandaag gewoon twee logische opties in België op tafel — maar bij allebei hangt dezelfde vraag: wat wil Origi écht, herlanceren of cashen?
LEES OOK: Origi op de markt: tóch transfer naar Belgische topclub?
Origi is vrij… maar België betaalt geen Milan-loonIedereen wil Divock Origi terug in België zien — tot het over geld en verwachtingen gaat. Dinsdag is zijn verhaal bij AC Milan in stilte geëindigd: contract ontbonden in onderling overleg, en ineens is Origi op z’n 30ste weer beschikbaar. Alleen: beschikbaar zijn is niet hetzelfde als klaar zijn.
Want Origi is de voorbije maanden niet alleen uit het wedstrijdbeeld verdwenen, hij is ook helemaal uit het voetbalgesprek verdwenen. Een spits leeft op ritme: duels, adrenaline, goals, maar bij Milan werd het vooral wachten, trainen, nog eens wachten. En hoe langer dat duurde, hoe meer Origi compleet uit beeld verdween.

In België blijven we hem zien als de man van de snelle corner, de Champions League-momenten, het WK onder Marc Wilmots. Italië zag hem vooral als een grootverdiener zonder impact. Dat is hard, maar het verklaart perfect waarom zijn vrije status tegelijk een kans én een groot risico is.
De reden waarom een transfer naar de Jupiler Pro League meteen opduikt, is simpel: hier kan hij zijn carrière terug op de rails zetten met vrienden en familie rond hem. Vertrouwen kweken om opnieuw de beste versie van zichzelf te worden. Hij krijgt krediet op basis van zijn topprestaties in het verleden. En in topvorm moet Origi moeiteloos het niveau van de JPL moeiteloos kunnen overstijgen.
Het ene obstakel dat alles bepaalt: geld
Het grootste probleem is zijn loon. Bij Milan tekende Origi in 2022 een contract dat in de Belgische context waanzin is: er wordt gesproken over ongeveer 4 miljoen euro netto per seizoen, en in sommige berichten zelfs over 300.000 euro per maand. Dat is een looncategorie waar zelfs de best betalende JPL-clubs niet aankunnen.
Ter vergelijking: toen Antwerp enkele jaren geleden Vincent Janssen haalde, ging het ook al over Belgische waanzin met 2,5 miljoen euro netto per jaar. En dat was al een uitzondering, zo’n bedrag dat je maar één of twee keer per decennium ziet in onze competitie.
Dus als Origi écht terug wil naar België om zijn carrière nieuw leven in te blazen, moet het eerste grote signaal van hem komen: wil hij opnieuw voetballer worden of blijft hij denken als een ex-speler van een topclub? Want hij kan niet én matchritme eisen én een Milan-loon verwachten in de JPL. Dat bestaat niet.

Toch is het wél logisch dat er in de media gesproken wordt over een Belgische terugkeer. Het is zelfs een terugkerend patroon. In 2017 dook Anderlecht al eens op als piste, toen er in buitenlandse media gesproken werd over een mogelijke huurdeal. In de winter van 2020, toen hij bij Liverpool vooral invaller was, werd Origi in België gelinkt aan Club Brugge én Antwerp.
En in 2024 kwam Anderlecht opnieuw ter sprake, maar dat verhaal werd toen snel afgekoeld als niet concreet / niet realistisch. België flirt al jaren met het idee van Origi, maar het strandt telkens op hetzelfde probleem: timing, omstandigheden en cijfers. Maar vandaag is de situatie anders omdat hij transfervrij is. Er is geen transfersom, er is vooral een kans. Maar net daarom is het kijken naar welke club hem het best kan opvangen — sportief, financieel én emotioneel.
Twee logische pistes in België: wie durft echt?
Club Brugge en Genk vallen haast automatisch weg: daar is er geen dringende nood aan een nieuwe spits Dan blijven vooral Anderlecht, Antwerp en (met wat vraagtekens) AA Gent over. Anderlecht is het meest logisch omdat ze effectief een spits zoeken en omdat het Lotto Park dol is op zo’n verhalen. Origi bij Anderlecht verkoopt zichzelf: (ex-)Rode Duivel, grote naam, nieuwe start.
Maar RSCA is tegelijk de gevaarlijkste omgeving voor een herlancering. Daar is de druk niet alleen sportief, maar ook symbolisch: Origi moet de man zijn die Anderlecht weer naar boven trekt. En dat is gevaarlijk om de druk op de schouders van iemand te leggen die opnieuw voetballer moet worden. Als Anderlecht het al doet, dan kan het alleen met een contract dat de realiteit weerspiegelt: laag basisloon en hoge premies.
Antwerp is in deze vraagstelling de meest interessante case, net omdat het dubbel is. Enerzijds is er het signaal dat er in januari wél financieel veel mogelijk is: er wordt gesproken over een winterbudget rond de 10 miljoen euro. Anderzijds is Antwerp de voorbije periode óók bezig met een rem op de kosten: er werd gesnoeid in de loonmassa, en de club wil financieel meer zelfbedruipend worden — precies waarom ze in de zomer zo weinig investeerden.

En dáár wringt het met Origi. Antwerp heeft misschien ruimte om te investeren, maar dat beleid is de laatste tijd minder gericht op namen en meer op oplossingen. Met andere woorden: die 10 miljoen is geen cheque voor één vedette, maar een budget die Marc Overmars over meerdere transfers moet verdelen. En Origi past in Antwerpen alleen als hij géén vedettecontract vraagt. Als hij bereid is zijn status om te zetten in een deal om zich te bewijzen.
AA Gent is de stille outsider. Als je puur naar herlancering kijkt, is Gent soms de meest gezonde plek: minder circus, meer kans op minuten, en een club die hem kan inpassen zonder dat hij onmiddellijk het hele project moet dragen. Alleen is Gent doorgaans ook het strengst op loonbudget.
Stunt of stommiteit: Origi moet zelf kiezen
De Jupiler Pro League kan Origi opnieuw relevant maken. Maar dat kan alleen als hij zelf één ding beslist: wil hij nog een carrière, of wil hij vooral het laatste stuk van zijn eerdere topcontracten blijven beschermen? In Milaan – en bij uitbreiding bij elke Europese (sub)topclub – is het hoofdstuk nu definitief dicht. België is de ideale omgeving om zijn carrière opnieuw te herlanceren en van Origi weer een voetballer te maken. Maar niet om er opnieuw 4 miljoen netto per jaar tegenaan te gooien.
Olivier Plancke