Dat Romelu Lukaku voor het einde van zijn carrière zal terugkeren bij RSC Anderlecht, staat inmiddels buiten kijf. In het beste geval maakte hij in de zomer van 2026 zelfs al zijn grote comeback. Al vindt clubboegbeeld Enzo Scifo dat daar wel enkele voorwaarden tegenover moeten staan.
De nationale topschutter aller tijden is een jeugdproduct van Paars-Wit en brak er al op jonge leeftijd helemaal door. Vervolgens wist hij een uitstekende carrière te maken in Engeland en Italië, waar hij afgelopen vrijdag voor de tweede keer de landstitel veroverde. Maar doorheen de jaren bleef hij openlijk zijn liefde voor RSCA verklaren.
Liefde die overigens wederzijds is. Wanneer de spits een wedstrijd bijwoonde in het Lotto Park, werd hij daar telkens als een absolute volksheld ontstaan. Bovendien dook Lukaku geregeld op in het oefencomplex te Neerpede. Zeker nadat zijn zoontje Romeo er in de jeugd ging voetballen. Zijn band met de Belgische recordkampioen blijft dus erg intens.
Enkel bij juiste omstandigheden
En de Rode Duivel is van plan om nog een stap verder te gaan. Zo verklaarde hij al meermaals dat hij zal terugkeren naar Anderlecht om er opnieuw te gaan spelen. En die plannen zouden steeds concreter worden. Naar verluidt is de zomer van 2026 het streefdoel voor zijn comeback. Al is een jaartje later ook een optie, dan loopt zijn contract bij SSC Napoli immers af. Hoofdeigenaar Marc Coucke bevestigde alvast dat Lukaku sowieso nog voor Anderlecht zal spelen.
Maar volgens Scifo moet de situatie dan wel optimaal zijn. "Het kan zeer goed zijn voor Anderlecht, maar het moet wel goed doordacht zijn. Als Lukaku terugkeert, moet niet alle druk op zijn schouders liggen. Het Anderlecht-bestuur moet de ploeg dan ook genoeg versterken. De omstandigheden moeten gunstig zijn", vertelde de voormalige Rode Duivel tegenover Het Nieuwsblad.
Ervaring met paars-witte comeback
Scifo weet in ieder geval waarover hij spreekt. In de nadagen van zijn spelerscarrière keerde hij zelf namelijk ook terug naar Anderlecht om er nog enkele seizoenen te spelen. Hij beseft dus hoe groot de verwachtingen zullen zijn. "De druk was soms gigantisch. Ik was nog goed, maar had niet meer de energie om de ploeg in mijn eentje naar boven te tillen. En Anderlecht was niet meer hetzelfde team dat ik als jeugdspeler had verlaten. Op den duur raakte ik gefrustreerd en was ik verdrietig omdat ik het Brusselse publiek niet genoeg voldoening meer kon geven. Daarom nogmaals: terugkeren ja, maar wel in de juiste omstandigheden."