Woensdagavond hoopt Club Brugge tegen AA Gent de poorten naar de bekerfinale open te beuken, en zo de kansen op een eerste dubbel sinds 1996 gaaf te houden. Ook in de competitie heeft Blauw-Zwart echter nog flink wat werk voor de boeg. Gelukkig lijken de troepen van Alfred Schreuder net op tijd op toerental te komen. Eén zwaluw maakt uiteraard de lente nog niet, maar na de gouden zaak tegen Antwerp heerst er plots weer optimisme in Westkapelle. Daar broeden Bart Verhaeghe en Vincent Mannaert intussen in de schaduw op een plan om de Jupiler Pro League op stelten te zetten.
Vijf speeldagen voor het einde van de reguliere competitie heeft Club de jacht op Union ingezet. De kloof tussen de landskampioen, op zoek naar een derde titel op rij, en de verrassende koploper bedraagt nu nog zeven punten. Met behulp van een negen op negen, de tweede pas dit seizoen, en onder impuls van enkele geslaagde winteraankopen – die Mannaert na een matige zomer opperbest kon gebruiken. Van de toenmalige investeringen blijkt Stanley Nsoki bovendien ineens alsnog te renderen, een meevaller waarvoor de CEO zijn T1 ongetwijfeld eveneens dankbaar is. In de referentiematch tegen Antwerp acteerden hij en zijn ploegmaats alvast op kampioenenniveau. Een kolkend Jan Breydel, tegenwoordig net iets minder een onneembare vesting, genoot nog eens met volle teugen.
OVERBODIGE PO'S
Benieuwd of Club die trend nu kan doortrekken, te beginnen woensdag in de beker tegen AA Gent. In de laatste rechte lijn richting de Play-Offs wachten nadien achtereenvolgens Seraing, KV Oostende, KRC Genk, Beerschot en KV Mechelen. Hoewel drie van die wedstrijden buitenshuis worden afgewerkt geen onoverkomelijk programma. De schade ten opzichte van Union mag de komende weken dus niet verder oplopen, integendeel: misschien kan Blauw-Zwart ze voor aanvang van de nacompetitie zelfs nog wat beperken. Mocht dat niet lukken, en het verschil midden april nog steeds hetzelfde is, schiet er na de beruchte puntenhalvering een achterstand van drie punten over. Genoeg voor de leider om de stunt over de streep te trekken? Op basis van de recente geschiedenis wellicht wel.
De laatste keer dat de koploper die positie nog uit handen gaf, dateert immers van 2015. Toen overkwam het … Club Brugge. Het jaar voordien liep het voor Standard nog mis, al dan niet met een reukje aan de zaak, en in 2011 deed Genk haasje-over met Anderlecht. In de overige zeven edities van de JPL sinds de invoering van het huidige competitieformat, lichtjes gewijzigd post-corona, bleef de winnaar telkens dezelfde en waren de PO's dus overbodig. In het ideale scenario wipt Club daarom nog over Union naar de eerste plaats. Zelfs mits een 15 op 15 lijkt die kans wel gering, want het resterende schema van de leider oogt zowaar nog gunstiger. Al werd de voorbije weken andermaal duidelijk hoe weinig dat betekent. Zeker nu de spanning toeneemt bij de troepen van Felice Mazzu.
EINDELIJK PIEKEN?
Plots dreigt het momentum zo te keren in het voordeel van Club, waar bovendien nog wat marge voor verbetering is. Charles De Ketelaere keert weldra terug, Noa Lang stevent stilaan weer af op zijn beste vorm. Het nummer twee in de stand had het duo goudhaantjes zondag zelfs niet nodig in een glansrol om haar eerste achtervolger ruimschoots af te troeven. Wie had dat enkele maanden geleden durven voorspellen? De injecties in januari misten hun effect dus niet, langzaam maar zeker wordt Blauw-Zwart terug de machine die iedereen voor het seizoen had verwacht. Indien aan die goede flow nu ook nog een vervolg kan worden gebreid, kijkt Union alvast bang achterom met het oog op de Play-Offs. Slaagt de landskampioen er dan eindelijk eens in om te pieken op het juiste moment?
Traditioneel geeft Club tenslotte niet thuis wanneer het om de knikkers gaat. Vorig jaar boekte het een schamele zes op 18, in de edities met zes deelnemers bleef de puntenoogst met 16,7 op 30 doorgaans eveneens bescheiden. Uitschieters waren de campagnes in 2016 en 2019, toen Club telkens 22 punten sprokkelde. Die eerste keer volstond het voor een eerste landstitel in 11 jaar tijd, in 2019 schoot dat aantal net tekort om Genk van de troon te wippen. Een scenario dat zich straks mogelijk herhaalt. Met zes in plaats van 10 matchen is er overigens minder tijd om nog wat recht te zetten in de PO's. Vooral de komende weken moeten Schreuder en zijn elftal dus reeds een inhaalbeweging maken. Een race die tegen rechtstreekse concurrent Antwerp zopas op gepaste wijze werd aangevat.
TUSSENTIJDS RAPPORT
De prestatie tegen een potentiële tegenstander in april doet dan ook het beste vermoeden voor het verdere vervolg van de competitie. Het eindrapport tegen de overige teams in de top vier: twee draws tegen Anderlecht en een vier op zes tegen zowel Antwerp als Union, samen goed voor 10 op 18. Een gemiddelde dat Club, dat dus slechts tweemaal won maar wel geen enkele keer verloor, minstens moet evenaren en wellicht zelfs overtreffen wil het Union in de Play-Offs het vuur aan de schenen leggen. Kan men een nieuwe inzinking dit keer vermijden in Jan Breydel? Daar duimt men trouwens dat AA Gent uit de boot valt, want tegen de Buffalo's liep het toch al tweemaal verkeerd. Ook in de onverdiende Brugse zege in de Croky Cup enkele weken geleden hadden zij de bovenhand.
Een varkentje dat Blauw-Zwart woensdag hoopt te wassen, om dan met de wind in de zeilen koers te zetten richting het beloofde land. En wie weet eindelijk zélf eens te profiteren van de door Verhaeghe en Mannaert gehekelde puntendeling. De vier keer dat Club kampioen werd sinds de invoering van dat systeem, finishte het steevast al na het reguliere gedeelte van de competitie bovenaan. Vaak dan nog met een ruime bonus, waarna het geregeld nog onnodig spannend werd. Geen wonder dus dat men in Westkapelle zo fel tegen die opzet gekant is, al zouden we de waarheid toch oneer aandoen door louter daarnaar te verwijzen. Verhaeghe en Mannaert hadden namelijk van bij de start al hun bedenkingen bij het format, dat zij nu al meer dan een decennium lang liever kwijt dan rijk zijn.
WEG MET PUNTENDELING
Stellen dat Club alleen uit egoïstische overwegingen de halvering der punten en eigenlijk zelfs de Play-Offs in hun geheel wil afschaffen, is daarom te kort door de bocht. Ondanks de veelal matige prestaties in de beslissende fase van het kampioenschap valt die houding evenmin te wijten aan frustraties omwille van het eigen falen in het verleden. Zoals hierboven gesteld liet Blauw-Zwart zelf maar één keer de koppositie schieten. Neen, dan zijn de vele rationele argumenten een pak doorslaggevender. De kalender die in België voller gepropt zit dan in eender welke Europese topcompetitie, bijvoorbeeld, of het feit dat nergens anders zulk een uniek systeem wordt gehanteerd. En, bovenop tal van andere redenen, vooral het artificiële en zelfs ronduit oneerlijke aspect van de puntendeling.
Dat beseft blijkbaar ook de Pro League, want wanneer de PO's volgend seizoen hun intrede doen in 1B zal dat zónder halvering gebeuren. Daar kan het dus wel. Het format volledig opdoeken en terugkeren naar een doorsnee competitie lijkt er weliswaar niet meteen in te zitten, maar waarom alvast dát voorbeeld niet volgen? In dat opzicht dient zich voor Verhaeghe en Mannaert straks wie weet een uitgelezen kans aan om een statement van jewelste te maken. Wat namelijk als uitgerekend Club voordeel haalt uit de samenkomst van het peloton, en op die manier óver de sympathieke underdog Union naar een derde landstitel op rij stoomt? Precies het scenario wat Peter Croonen en co wilden voorkomen toen de discussie in volle coronacrisis nog eens oplaaide – en snel alweer van tafel werd geveegd.
KANS VOOR VERHAEGHE
"Die halvering is een wapen om het spannend te houden", vreesden de inmiddels ex-voorzitter van de Pro League en zijn medestanders toen immers dat de Bruggelingen anders wel eens té dominant konden worden. Hoe ironisch zou het zijn als zij binnenkort net dankzij die opvatting alsnog hun favorietenrol waarmaken? Verwacht tot dan echter geen geluiden uit het Brugse kamp. Niet alleen is Club dit keer jager in plaats van de prooi, vorig jaar vormden de klachten over het format een afleiding. Mocht het werkelijk zover komen, is er voor Verhaeghe en Mannaert evenwel geen betere timing denkbaar om nogmaals hun bedenkingen te uiten omtrent de Play-Offs en vooral de puntendeling. Misschien wordt er dan wél geluisterd. Hun consequentie zou alvast ten zeerste worden geapprecieerd.