Het De Bruyne-drama krijgt een onverwacht, pijnlijk staartje. De blessure van KDB blijkt meer dan een sportieve ramp— daarachter schuilt immers een financieel dossier dat als een tikkende tijdbom onder San Paolo ligt.
LEES OOK: Lukaku gaat "als een gek" tekeer: "Dat was de prikkel"
De financiële kant van het dramaKevin De Bruyne (34) kost Napoli nu al een fortuin — en hij heeft er amper gespeeld. Het beeld van de Rode Duivel die gebroken en met tranen in de ogen van het veld strompelt, is de emotionele kant van het verhaal.
Maar achter dat moment schuilt ook een financieel dossier dat als een tikkende tijdbom onder de Zuid-Italiaanse club ligt. De blessure van De Bruyne dreigt niet enkel punten te kosten, maar vooral miljoenen.

Want laten we niet vergeten: Napoli haalde De Bruyne afgelopen zomer transfervrij binnen, maar transfervrij is allesbehalve gratis. De middenvelder tekende een contract tot 2027, goed voor een bruto jaarsalaris van ongeveer €11,1 miljoen.
Daarmee is hij met ruime voorsprong de topverdiener in Napels en neemt hij bijna tien procent van de volledige loonmassa van de club voor zijn rekening. Die loonmassa wordt voor het seizoen 2025/26 geraamd op ongeveer €112,2 miljoen.
Prestigeproject verandert in financiële tijdbom
Dat soort bedragen leg je niet zomaar neer voor een vedette op leeftijd. Napoli rekende erop dat De Bruyne een investering zou zijn die zichzelf terugbetaalt. Door zijn ervaring, uitstraling, marketingwaarde en beslissende klasse.
Hij moest niet alleen punten opleveren op het veld, maar ook commerciële en sportieve meerwaarde buiten het veld. Maar elke week dat hij niet speelt, is dat plan een stukje minder houdbaar.
De blessure die De Bruyne nu treft — een ernstige scheur in dezelfde hamstring die hem in 2023 al maanden kostte — zet de financiële planning van Napoli meteen onder druk. Zeker omdat de club niet kan rekenen op de budgetten van de Europese elite.

Waar Manchester City moeiteloos een jaarloon van meer dan twintig miljoen kon betalen, moet Napoli elk procent van de loonmassa wikken en wegen. De UEFA-regels maken dat zelfs nóg scherper.
Vanaf 2025/26 mogen clubs maximaal 70 procent van hun inkomsten besteden aan lonen, transfers en makelaarsvergoedingen — de zogenaamde squad cost ratio. Voor Napoli, dat niet over de commerciële motor van City beschikt, is De Bruyne dus een uitzonderlijk grote investering.
De Bruyne wordt molensteen: elke blessure weegt op de balans
Zolang hij fit en beslissend is, valt die grote kost te verantwoorden. Zodra hij weken of maanden out is, wordt het een molensteen rond de nek. Wie duur is én vaak ontbreekt, kost dubbel: sportief én budgettair. Wie duur is en beslissend is, is een koopje.
De timing is pijnlijk: De Bruyne moest hét prestigeproject worden van de club. Hij koos niet voor een lucratief afscheid in Saoedi-Arabië of de MLS, maar voor nog één groot hoofdstuk op het Europese toneel. Hij moest Napoli mee op sleeptouw nemen richting Champions League-prijs geld en WK-topvorm. In plaats daarvan ligt hij maanden in de lappenmand.
Als we de cijfers op een rij zetten, wordt duidelijk hoe fors de impact kan zijn. Stel: een totale kost van zo’n €11 miljoen per jaar en 40 wedstrijden per seizoen — dan praat je over ongeveer €275.000 per wedstrijd die Napoli investeert. Zolang hij speelt, beslissend is en inkomsten genereert, is dat te verantwoorden.

Maar als hij maanden out blijft en geen minuten maakt, is dat een uitgave zonder dat het iets oplevert. En die marge kan Napoli niet missen. De Serie A-ploegen staan al langer onder druk van stijgende loonkosten en mindere inkomsten.
De blessure van De Bruyne is dus niet zomaar een zoveelste medisch dossier. Het is een financiële tik van jewelste. Voor Napoli dreigt hij — ongewild — uit te groeien tot een dure risicopost op de balans. Hoe langer hij buiten strijd blijft, hoe meer druk op de boekhouding.
Olivier Plancke