In een zinderende derby met twee gezichten zette KRC Genk zondag na de pauze nog orde op zaken tegen STVV. De vicekampioen rechtte op die manier de rug, al gunde Wouter Vrancken niet iedereen die kans. In de ondermaatse eerste helft bezegelden twee teleurstellende titularissen voorlopig wellicht dan ook hun lot.
Donderpreken zijn niet zijn ding, en dus wierp Vrancken het over een andere boeg om het duel te doen kantelen. Tijdens de onderbreking probeerde hij vooral het vuur aan te wakkeren bij zijn troepen. Een peptalk die zijn effect niet miste, want onder impuls van uitblinker Bilal El Khannous – die het best had opgelet – kwam Genk als herboren uit de kleedkamer. Het luidde een onwaarschijnlijke comeback in.
Krediet voor Galarza
Al volstond een motiverende speech uiteraard niet om de scheve situatie om te buigen. Behalve een tactische bijsturing voerde Vrancken drie wissels door. Matias Galarza, Gerardo Arteaga en Luca Oyen hoefden niet meer te luisteren naar zijn verdere instructies. In hun plaats droegen Patrick Hrosovsky, Joris Kayembe en Tolu Arokodare hun steentje bij om de hattrick van Aboubakary Koita uit te wissen.
Het trio betaalde dus het gelag voor de collectieve offday in de eerste helft, waarin zowat iedereen onder zijn gebruikelijke niveau bleef. Maar wat zijn de gevolgen op de lange termijn? Zo dreigt Galarza in de pikorde op het middenveld voortaan opnieuw Hrosovsky voor zich te moeten dulden. Al beschikt de Argentijn na zijn knappe prestaties van de afgelopen weken natuurlijk wel over het nodige krediet.
Arteaga in nesten
Het duo op de linkerkant zit evenwel in vieze papieren. Bij afwezigheid van een back-up was Arteaga sinds zijn komst zeker van zijn plaats, een situatie waar Dimitri de Condé deze zomer eens verandering in besloot te brengen. Om alle posities dubbel te bezetten weekte hij Kayembe los bij Charleroi. Een te duchten concurrent, die weliswaar nogal wisselvallig uit de startblokken schoot in de Cegeka Arena.
Toch ligt de linksback hoger in de schuif dan Arteaga. Hoewel interlandverplichtingen zijn voorbereiding verstoorden begon de Mexicaan nochtans als titularis aan het seizoen. Sindsdien ligt het duo in balans, waarbij Kayembe wel meer minuten verzamelt. De nieuwkomer verscheen ook reeds tien keer aan de aftrap, tegenover amper vijf basisplaatsen voor Arteaga – die tegen Fiorentina wel de voorkeur kreeg.
Lesje van Vrancken
De linksback maakte de 90 minuten vol, maar een paar dagen eerder tegen Union bleef hij aan de bank gekluisterd. "Vermoeidheid is geen excuus", vond Vrancken dan ook, die wel inziet dat hij allicht een inschattingsfout maakte door onvoldoende te roteren. De drukke kalender is een nieuw gegeven voor de trainer, die zijn lesje hopelijk snel heeft geleerd. Tenslotte wordt het speelschema er niet milder op.
Zo trekt Genk donderdag alweer naar Club Brugge, waar vorig jaar het noodlot toesloeg voor Oyen. Na bijna een volledig seizoen in de ziekenboeg stond het product van eigen kweek te popelen om eindelijk zijn stempel te drukken, maar tijdens een openhartig gesprek maakte Vrancken hem duidelijk dat hij geduld moest hebben. "Ik hou van zijn profiel. Hij zal zeker aan bod komen", klonk het begin augustus.
Kansen voor Oyen
Geen loze woorden, want in de voorbije zes wedstrijden stond Oyen telkens aan de aftrap. Met dank aan een prima invalbeurt tegen Charleroi. "Luca heeft zijn kans met beide handen gegrepen. Hij deed precies wat we van hem verwachten, met veel lef aan de bal. We hebben er een troef bij", glunderde Vrancken, die kort daarvoor nog zijn beklag had gedaan over het gebrek aan initiatief tegen Servette.
Een euvel dat Oyen voor de rust tegen STVV evenmin kon verhelpen. Ook in de voorafgaande matchen wist hij het vertrouwen van zijn coach zelden te rechtvaardigen. Zo haalde Vrancken hem tegen Union eveneens halfweg al naar de kant. Ondanks de sterke ploegprestatie was de Jonge Duivel eerder tegen Anderlecht, toen hij wel tot het laatste fluitsignaal mocht blijven staan, slechts een anonieme figurant.
Wachtkamer wenkt
Het ziet er dan ook alsmaar meer naar uit dat Oyen even terug in de wachtkamer zal verdwijnen. De concurrentie op zijn geliefkoosde linkerflank is moordend, zeker nu El Khannouss er een optie blijkt te zijn. Alieu Fadera moest zondag zelfs plaatsnemen in de tribune. Omwille van zijn Belgisch paspoort heeft Oyen wel een streepje voor, maar op een basisplaats hoeft hij in Brugge wellicht niet te rekenen.
Vroeg of laat dient zich ongetwijfeld wel een nieuwe kans aan. Niet alleen gelooft Vrancken rotsvast in zijn kwaliteiten, ook De Condé blijft een fan van het eerste uur. In tegenstelling tot Mika Godts brak Oyen vorig jaar zijn contract nog open tot medio 2027. Het nog altijd pas 20-jarig toptalent, tot hiertoe goed voor twee treffers en zes assists in 67 optredens, blijft een van de bouwstenen voor de toekomst.
Oyen uit de boot
Momenteel moet Vrancken echter vooral knopen doorhakken met het heden indachtig. En dus dreigt Oyen, al dan niet tijdelijk, uit de boot te vallen. Vorig seizoen stond hij op het randje van de doorbraak, tot een zware blessure dus roet in het eten gooide – anders hadden bovenstaande cijfers er nog veel fraaier uitgezien. Helaas zal het nog wat langer duren alvorens hij in Mike Trésor zijn voetsporen treedt.
AD