Club Brugge lijkt onverslaanbaar, maar achter de mooie cijfers schuilt een onrustwekkend patroon. De ploeg pakt 12 op 12, maar telkens met het kleinste verschil — winst zonder overtuiging. De cijfers tonen het zwart op wit: veel kansen, maar ook opvallend veel gemiste kansen en minder schoten op doel dan rivalen als Genk en Union. Het zorgt voor spanning bij elk fluitsignaal: één fout, en de reeks kantelt. Hoe lang houdt Club deze wankele situatie nog vol?
LEES OOK: Croky Cup: speeldata achtste finales bekendgemaakt
Overwinningen met een gevaarlijk randjeClub Brugge raast door oktober: vier zeges in de competitie, 12 op 12, en de dichtste achtervolger van leider Union SG. In de stand oogt het strak — 26 punten na 12 speeldagen, doelsaldo +8 — maar achter dat plaatje schuilt vooral veel winnen met het kleinste verschil.
De prestaties maken minder indruk dan de rangschikking doet vermoeden. Club won bijvoorbeeld maar liefst 7 van hun 8 overwinningen dit seizoen in de Belgische competitie met amper één doelpunt verschil.

Die kleine marges zijn een patroon. De maand startte met een volwassen 1-0 tegen Union in Jan Breydel. Daarna kwamen twee keer 0-1 op verplaatsing (bij OHL en Antwerp). De reeks begon zelfs met 1-2 op Sclessin. Vier matchen, vier zeges, drie clean sheets, telkens één goal verschil. Dat levert punten op, maar geen vuurwerk.
Cijfers die alarm doen slaan
Op basis van de onderliggende aanvalscijfers is Club Brugge sterk, maar verre van buitencategorie. KRC Genk staat bovenaan qua doelpogingen (16,6 per match), dan Club (16,2) en Union (15,1). Dat is veel, maar geen uitschieter die verklaart allerminst waarom hun tegenstanders structureel worden platgedrukt.
Nog scherper wordt het bij schoten op doel. Union staat eerste met ongeveer 6 stuks per match, Genk 5,8 en Club ongeveer 5,0 — vierde van de competitie. Het volume is er, maar de precisie en schotkwaliteit van de directe rivalen liggen minstens even hoog.

Wat Club wel heeft: een constante aanvoer van grote kansen. En tegelijk opvallend veel missers. Club produceert een van de hoogste aantallen big chances (rond 42), maar laat het er ook veel liggen (ongeveer 28 gemist). Wie vaak in scoringspositie komt maar relatief veel laat liggen, blijft afhankelijk van details.
Club wint 1-0, niet 3-0. Op termijn is dat een wankele manier om voorsprong uit te bouwen op rivalen met vergelijkbaar volume maar betere afwerking. Professioneel, knap, maar geen dominantie die vanzelf naar twee goals verschil verandert.
Efficiënt of gewoon geluk?
Dat betekent niet dat er niks klopt. Integendeel: bij 1-0 beheert Club de match beter dan voorheen. De organisatie in de eigen box is vaker juist. En de individuele klasse breekt vervolgens wedstrijden open. Maar het verklaart tegelijk waarom Club, ondanks de knappe reeks, statistisch geen dominante uitschieter is:

Schotvolume in de subtop, schoten op doel achter Union SG en KRC Genk, veel grote kansen én veel missers. Daardoor blijven de punten afhangen van details en flitsen. In de stand levert dat nu een comfortabele tweede plaats op; in de titelrace is dringend een stap nodig in schotkwaliteit en keuzes in de zone van de waarheid.
Olivier Plancke