Simon Mignolet redt een discutabele penalty, krijgt geel omdat hij de scheidsrechter viseert, en ligt een paar minuten later met de hand aan de lies in het gras. Einde verhaal tegen Monaco. Toeval? Of het voorspelbare gevolg van een beleid dat “rust” verwart met “ritme afbreken”?
LEES OOK: Rampscenario Mignolet: doelman zeer lang buiten strijd
Adductoren houden niet van koude startsTussen 27 augustus en 18 september telde Simon Mignolet 22 dagen zonder officiële minuut. Dat werd door Club Brugge verkocht als logisch: doseren, blessurepreventie en de moordende kalender. Alleen: voor een doelman is inactiviteit geen deugd, maar een risicofactor.
Automatismen — voetenwerk, timing, commando’s, reflexen, sprints — leven van herhaling onder druk. Training raakt daar niet helemaal aan. In de gym kweek je krachtexplosies, maar geen millisecondengevoel in je zestien. Adductoren houden niet van koude starts.
De feiten zijn simpel. Mignolets laatste match vóór Monaco was 27 augustus tegen Rangers. En dan na nul minuten in 22: Champions League-tempo, meteen voluit. Dat heet geen “load management”, dat is je lijf laten stilvallen en dan verwachten dat het plots volle bak draait.
Donderdag knapte er iets — misschien een scheurtje, misschien “last” — maar vooral: de logica.
Drie weken stilstand gevolgd door een sprint
Dan de communicatie. Voorzitter Bart Verhaeghe zei: “Jullie hebben niet alle informatie.” Coach Nicky Hayen bevestigde intussen de beurtrol: Mignolet in Europa, Jackers in de competitie. Officieel heet de reden belasting en blessuregevoeligheid. Officieus hoor je dat Jackers binnenskamers klaargestoomd wordt.
Dat laatste is perfect verdedigbaar op lange termijn — Jackers is 28, Mignolet 37 — maar zeg het dan. Nu schuift Club twee verhalen tegelijk naar voren: we beschermen Mignolet én we bereiden Jackers voor. Het resultaat is het slechtste van beide werelden: de ene verliest ritme, de andere krijgt elke fase onder een microscoop.
De wetenschap is niet eenduidig, maar ze geeft wel een richting aan. Lies- en adductorblessures zijn bij keepers geen uitzondering. Trainingen repliceren wedstrijdpieken maar gedeeltelijk; de “worst case”-momenten zijn in wedstrijden systematisch hoger. En plots scherpe pieken na een periode met lagere wedstrijdbelasting kan het risico verhogen.
Er is geen sluitend causaal bewijs voor deze blessure, maar er is wél een plausibel risicosignaal. Als je dan tóch voor voorzichtigheid kiest, kies dan voor continuïteit in belasting, niet voor drie weken stilstand gevolgd door een sprint, zoals nu gebeurde.
Wordt er verkeerd gedoseerd met Mignolet?
Mignolet zei het zelf al vaker: hij heeft wedstrijden nodig en duidelijkheid. Geen roulette waarbij je op donderdag top moet zijn en op zondag moet toekijken. Dat is geen ego, dat is kennis van zijn stiel. En het is ook fair tegenover Jackers. De beurtrol schaadt hem net zo goed.
Als blessuregevoeligheid écht de officiële reden is om te roteren, dan wordt er verkeerd gedoseerd met Mignolet. Blessures worden niet voorkomen door stil te zitten, maar door voorspelbare belasting en ritme.