EURO 2020 is afgelopen. Italië werd Europees kampioen. Tijd om een balans te maken en daarom selecteerden we het elftal van het EK, met ook de beste coach van het afgelopen toernooi.
Gianluigi Donnaruma: De doelman kende een fantastisch EK. Hij speelde onder meer tegen België een cruciale rol met enkele reddingen, net als tegen Spanje. Hij werd uitgeroepen tot de beste speler van het EK en helemaal onterecht was dat niet. PSG gaat er veel plezier aan beleven.
Leonardo Spinazzola: Een wervelwind op de linkerflank. De speler van AS Roma liep iedereen aan flarden. De flankspeler scheurde tegen België zijn achillespees af en komt dit jaar niet meer in actie.
Giorgio Chiellini: Inzake het pure verdedigen is hij wereldklasse. Chiellini is mentaal ijzersterk en weet als geen ander wat hij moet doen om een spits uit de match te houden. Is op zijn 36ste nog altijd van onschatbare waarde.
Leonardo Bonucci: De Italiaan is op zijn 34ste outstanding. Hield in de finale samen met Chiellini Harry Kane ver weg van het Italiaanse doel. De spits kreeg amper een kans. De verdediger van Juventus scoorde ook de 1-1 en was met zijn passing tussen de linies (wat bij België Vincent Kompany in het verleden zeer goed kon) zeer belangrijk. Een sterk EK.
Denzel Dumfries: In Nederland geloofden ze hun ogen niet. Dumfries zat overal in de matchen van Oranje. Hij scoorde ook twee keer. Met zijn loopvermogen speelde hij zijn tegenstanders de vernieling in. PSV kan alvast dromen van de jackpot, Everton en Inter tonen al interesse.
Pedri: Een lust voor het oog. De bal kleeft aan zijn voet. Tegen Italië was hij outstandig en gaf hij amper een slechte pass. Spanje heeft met de achttienjarige middenvelder van FC Barcelona weer een speler van het niveau Xavi/Iniesta in huis.
Paul Pogba: Ja, Frankrijk was een grote teleurstelling. Pogba niet. Hij speelde zeer taakgericht en was veruit de beste Franse middenvelder op het EK. Inzake puur technisch vermogen bestaat er geen betere middenvelder in de wereld. Hij demonstreerde zijn techniek ook met zijn wereldgoal tegen Zwitserland, over het dansje zwijgen we best.
Mikkel Damsgaard: De 21-jarige middenvelder van Sampdoria begon het EK als bankzitter. Hij kwam in de ploeg door het tragisch wegvallen van Christian Eriksen. Damsgaard werd een ware openbaring, die de ploeg bij de hand nam. Hij scoorde twee keer en gaf één assist. Vooral zijn fantastische vrije trap tegen Engeland was genieten.
Raheem Sterling: De flankaanvaller is een vreemde voetballer. Het is vaak alles of niets bij de spurtbom. Sterling heeft geen goed schot, soms ontbreekt het aan overzicht, maar met zijn snelheid, diepgang en doelgerichtheid is hij altijd een gesel voor de tegenstander. Hij was bepalend tegen Kroatië, Tsjechië en Duitsland. Sterling was misschien wel dé verrassing bij Engeland.
Patrick Schick: Romelu Lukaku sprak tijdens het EK lof over de Tsjechische spits en dat was terecht. Schick is een complete aanvaller, die dat te weinig toonde bij zijn clubs. Op dit EK was hij een openbaring met vijf doelpunten. Vooral zijn goal tegen Schotland, vanop 45 meter, was van wondermooie makelij.
Federico Chiesa: De zoon van ex-spits Enrico Chiesa is op dit EK écht doorgebroken in het internationale voetbal. De flankaanvaller van Juventus is geen sierlijke voetballer, maar met zijn loopvermogen en doelgerichtheid maakte hij brokken. Als tegenstander ben je nooit klaar met hem. Tegen Oostenrijk en Spanje zorgde hij voor beslissende doelpunten en hij speelde ook een goede finale.
Coach Kasper Hjulmand: Denemarken was dé verrassing van het toernooi. Het EK leek voorbij nadat Christian Eriksen een harstilstand kreeg en voor zijn leven vocht. De mentale impact was enorm. Bovendien verloor de ploeg tegen Finland en België. Nadat Eriksen er terug bovenop was gekomen, steeg het land echter boven zichzelf uit. Het miste op een haar na de finale. Hjulmand toonde zich als een goede peoplemanager, die bijzonder goed overkomt in de media. De Belgische clubs zullen toch eens balen dat ze niet voluit voor hem hebben doorgedrukt…
CR