Herman Brusselmans joeg recent een schok door televisieland door aan te kondigen dat hij stopt als jurylid in De Slimste Mens ter Wereld. Niet stilletjes, niet geruisloos, maar met scherpe woorden die niemand onberoerd lieten. Nu volgde een spraakmakende bekentenis.
LEES OOK: Brusselmans zwaait af met vernietigende uithaal naar BV’s
Een afscheid dat nazindert in showbizzlandHet was veel mensen waarschijnlijk al opgevallen: Brusselmans zit de laatste jaren steeds minder in de jury van De Slimste Mens ter Wereld. Daar kozen ze duidelijk voor een andere weg: veel meer afwisseling en nieuwe 'talenten' een kans geven.
Brusselmans liet verstaan dat hij zich steeds minder herkende in het jurygezelschap en haalde hard uit naar wat hij zelf omschreef als “would-be BV’s” die volgens hem te gemakkelijk op prominente stoelen belanden.
“Niet iedereen hoort in een jury”
De schrijver was duidelijk verbouwereerd door de evolutie van het programma. Volgens Brusselmans lijkt het alsof vandaag “iedereen” in een jury kan terechtkomen, ongeacht inhoud, scherpte of culturele bagage. Zijn uithaal past in een bredere frustratie die hij al langer ventileert: de oppervlakkigheid van het hedendaagse BV-circuit.
Brusselmans doet wat hij altijd doet: schrijven
Wie dacht dat Brusselmans na zijn afscheid zou milderen, vergist zich. In zijn recente column voor Humo blijft hij onverminderd zichzelf. Vertrekkend van een onschuldige kop over BV’s en Kerstmis, katapulteert hij de lezer naar zijn eigen verleden, waarin eenzaamheid, zelfspot en overdaad hand in hand gaan.
Brusselmans blikt terug op een turbulente periode begin jaren negentig, na het stuklopen van zijn eerste huwelijk. De kerstperiode fungeert in de column als spiegel van zijn gemoedstoestand. Terwijl herinneringen aan een warme jeugd botsen met de kille realiteit van een lege studio in Gent, zoekt Brusselmans zijn toevlucht in wat hij zelf omschrijft als excessen.
"Met een glimlach op m’n lippen dronk ik me een stuk in m’n kloten en ging ik naar de hoeren, en zo werd Kerstmis 1991 toch nog een prettig aanvoelende gelegenheid." Zo klinkt het met enig gevoel voor drama.
Maarten Coenen