Mile Svilar zet de Rode Duivels schaamteloos te kijk. Hij schittert bij AS Roma, maar houdt België aan het lijntje terwijl één FIFA-regel zijn comeback blokkeert. Waarom blijft hij toch spelen met de hoop?
LEES OOK: 'Mannaert en Garcia zetten zinnen op verrassende Duivel'
Clean sheets in Rome, rookgordijn in BelgiëMile Svilar is een topdoelman. Zoveel is duidelijk. Twee clean sheets om het nieuwe seizoen te openen, Doelman van het Jaar in Italië en contract bij AS Roma verlengd tot 2030. In het Stadio Olimpico zingen ze zijn naam. Maar wat hij intussen uitsteekt met de Rode Duivels? Hij houdt België voor de zot. Met advocaten, halfslachtige signalen en stiltes voedt hij een hoop die juridisch niet bestaat.
Wie de regels kent, weet dat dit geen grijze zone is. De FIFA versoepelde enkele jaren geleden de regels om over te stappen van nationale ploeg: wie vóór zijn 21ste minder dan vier officiële A-interlands speelde, kán switchen. Alleen: in Svilars dossier is die switch al gebeurd. Hij doorliep de Belgische jeugdselecties en keepte op 1 september 2021 een helft in een vriendschappelijke match voor Servië tegen Qatar.
Net die combinatie (Belgische jeugd + Servische A-selectie) geldt als “wissel van voetbalnationaliteit”. Zo’n wissel mag maar één keer in je carrière. De juristen van de KBVB en toenmalig bondscoach Domenico Tedesco lieten dat in 2024 al zwart op wit bevestigen. En toch blijft Svilar nu, in 2025, met advocaten zwaaien. Erger nog: Svilar weigert intussen alle oproepen om voor Servië te spelen.
Bondscoach Dragan Stojkovic was dit voorjaar klaar en duidelijk — en hoorbaar geërgerd. “Ik heb hem opgeroepen, maar hij heeft opnieuw bedankt… Is het aan míj om naar Rome te vliegen voor lunch en koffie? Moet ik hem smeken? Nee.” Waarna Stojkovic zélf de olifant in de kamer benoemde: “Ik denk dat hij hoopt alsnog voor België te kunnen spelen. Maar dat is niet meer mogelijk.” Dat is geen roddel; dat is de bondscoach die zegt hoe het ligt.
Geen grijze zone: één wissel, deur potdicht
Waarom dit uitstelgedrag om voor Servië uit te komen? Omdat de “Belgische” topkeeper wil laten uitschijnen dat hij misschien tóch nog Rode Duivel kan worden. Maar wie terugspoelt naar 2021, hoort vooral de eerlijkste versie van Svilar zélf. Zomer van dat jaar, in Servische media: “Ik wist eigenlijk altijd al dat ik op een dag voor de A-ploeg van Servië zou keepen.”
Zijn vader, Ratko, was even helder: “Ik ben trots dat mijn zoon voor Servië heeft gekozen… Mile heeft die beslissing zelf genomen.” Na zijn debuut tegen Qatar klonk het zelfs laconiek: “Het leek alsof dit zijn honderdste interland was… ‘Zenuwachtig?’ — ‘Welnee, waarom zou ik?’”
Ook de voorgeschiedenis past netjes. Identiteit: geboren in Antwerpen, maar opgevoed in een Servisch gezin. Hij kreeg er een sportief perspectief: in 2017 lonkte Benfica, de Servische bond legde de rode loper uit richting A-ploeg, terwijl België toen al overvol zat met Thibaut Courtois, Simon Mignolet en Koen Casteels.
Er was voorheen ook wat gedoe met de Belgische U19 en Gert Verheyen in 2017 — “Ik beantwoord nooit nummers die ik niet ken,” zei Svilar daar later over — maar de grote keuze viel pas in 2021. En die keuze was Servië. Niet per ongeluk. Niet “om eens te testen”. Definitief.
Zelfs als het mocht: België zit vol onder de lat
Vandaag, vier jaar later, probeert Svilar de tijd terug te draaien met procedure en PR. Ondertussen laat hij Servië links liggen. Dat is geen carrièreplanning; dat is imago-management. En zelfs als we de regels — hypothetisch — aan onze laars zouden lappen: heeft hij dán meer kans bij België? Neen.
Courtois is sinds maart terug en staat daar waar hij altijd stond: onaantastbare nummer één. Mignolet en Casteels zijn gestopt, akkoord bij de nationale ploeg, maar Matz Sels is uitgegroeid tot één van de beste keepers in Engeland en de logische nummer twee.
Daarachter staat de nieuwe garde al klaar: Mike Penders (Chelsea, Strasbourg), Senne Lammens (Manchester United) en Maarten Vandevoordt (RB Leipzig). Dat zijn geen namen voor een verre toekomst; dat zijn dossiers voor morgen. Zelfs al zou Svilar wonderlijk genoeg plots speelgerechtigd zijn, dan start hij achter Courtois en Sels — en met jong geweld in de achteruitkijkspiegel.