Het kneusje van de
Jupiler Pro League. Op het gebied van doelgerichtheid presteert geen enkele andere club uit 1A slechter dan RSC
Anderlecht. Zowat één op drie doelpogingen eindigen effectief tussen de palen, en dat is een dramatische constatering. We leggen uit waarom.
GOEDE FUNDAMENTEN
Laat ons eerst starten met het goede nieuws. RSC
Anderlecht beschikt dit seizoen over een solide en betrouwbare defensie, al valt die soms ook te betrappen op enkele individuele fouten. Op gemiddelde basis slikt Sporting 0,96 tegendoelpunt per competitiewedstrijd, en daarmee staat de Belgische recordkampioen zelfs op een knappe tweede plaats in die betreffende rangschikking.
Enkel
Club Brugge – wie anders – incasseert nog minder tegendoelpunten dan Anderlecht. Het onderlinge verschil tussen beide ploegen is echter wel aanzienlijk. Terwijl Anderlecht per competitiewedstrijd gemiddeld 0,96 doelpunt verduurt, ligt dat bij Club Brugge op amper 0,63. Anderlecht beschikt aldus over een eerder stevige defensieve basis, en dat is een goed startpunt om een kwalitatieve ploeg rond te bouwen.
STAARTPLOEG
Maar hogerop het veld wordt er echter onvoldoende geprofiteerd van die solide defensieve fundamenten. Het is een wederkerend fenomeen dit seizoen: Anderlecht laat het al te vaak afweten op het offensief gebied. Met 36 gescoorde doelpunten kan Sporting enkel KV Kortrijk, Sint-Truiden, Waasland-Beveren, KAS Eupen, Cercle Brugge en Moeskroen overtreffen.
Op het gebied van doelpunten scoren is Anderlecht dit seizoen dus niets meer dan een staartploeg in de Jupiler Pro League. 't Is dan ook niet vreemd dat de ploeg van Vincent Kompany de grootste moeite ondervindt om aanspraak te maken op een plaats in de top vier van het klassement. Met een goede verdediging raak je al een heel eind ver, maar om wedstrijden te winnen moeten er doelpunten gemaakt worden.
GEEN VERHAAL
Maar om doelpunten te kunnen scoren, moeten er eerst voldoende kwalitatieve doelkansen afgedwongen worden. En net daar knelt het schoentje bij Anderlecht al het ganse seizoen. In de voorbije twee competitiewedstrijden tegen Cercle Brugge en KV Kortrijk trapte Sporting bijvoorbeeld geen enkele keer tussen de doelpalen. Volgens VTM-journalist Jarno Bertho was dat zelfs nog nooit eerder gebeurd in de clubgeschiedenis.
Die bedenkelijke statistiek geeft alvast een goed beeld over de huidige vormdip van Anderlecht. 't Is al van de match tegen KRC Genk geleden dat een speler in het paars-witte shirt nog eens een poging tussen de palen kon mikken. In minuut 39 liet Josh Cullen de allerlaatste kans op doel noteren. Dat is dus al 231 speelminuten geleden, waarbij we de blessuretijd zelfs niet in rekening nemen.
Tijdens de persconferentie na de recente 0-2 nederlaag tegen KV Kortrijk werd die pijnlijke constatering voorgelegd aan Vincent Kompany. “Ja, maar jullie mogen de statistieken blijven opsommen. Ik kan dat vandaag niet winnen. Ik heb geen verhaal. Ik kan zeggen dat we tegen Genk twintig kansen hebben gekregen, maar nu heb ik geen verhaal. Jullie hebben gelijk.”
Vincent Kompany verwees in zijn beperkt betoog naar de wedstrijd tegen Genk, maar de coach van Anderlecht beseft als geen ander dat de offensieve efficiëntie in zijn ploeg een groot probleem is. In de Jupiler Pro League is er zelfs geen enkele club dan Anderlecht die procentueel minder doelkansen tussen de palen mikt. Amper 31 procent van hun totale doelpogingen belanden tegenwoordig binnen het doelkader van de tegenstander.
Daarmee scoort Anderlecht gevoelig minder dan het gemiddelde van de Jupiler Pro League-ploegen, dat vandaag 36 procent bedraagt. De leider in dat betreffende klassement is Beerschot VA. De ploeg van Will Still slaagt erin om voorlopig 41,5 procent van hun doelkansen te kadreren. Dat zijn cijfers waar Anderlecht vandaag enkel maar kan van dromen. En dan hebben we het nog niet over het aantal effectief gescoorde doelpunten.
Op het vlak van schoten op het doel is Anderlecht dus het absolute kneusje van de Jupiler Pro League. En dat strookt dus helemaal niet met de filosofie en het DNA van de Belgische recordkampioen. In de voorbije vijf seizoen haalde Sporting ook nooit zo'n lage verhouding tussen het aantal doelpogingen en de kadrering ervan. In die vijfjarige periode realiseerde Anderlecht namelijk een betreffend gemiddelde van 38,2 procent. Nooit lag die frequentie lager dan de huidige 31 procent.
LUKAS NMECHA
Het ontbreekt Anderlecht dit seizoen dus aan een echte killer in de box. Clubtopschutter Lukas Nmecha is niet toevallig de meest doeltreffende speler van Anderlecht. De Duitse spits slaagt erin om zowat de helft van zijn pogingen tussen de palen te mikken, 45 procent om exact te zijn, al zitten daar ook zeven strafschoppen in verwerkt. Nmecha positioneert zich daarmee als veertiende doelgerichtste speler van de Jupiler Pro League.
Lukas Nmecha is dit seizoen dus van absolute goudwaarde in de ploeg van Vincent Kompany. De 22-jarige aanvaller draagt zowat het volledig aanvallende gewicht op zijn schouders. Met een extra bliksemafleider, die Abdoulay Diaby moet worden, zou Nmecha wellicht nog efficiënter presteren in de box. Zijn 45 procent gekadreerde doelpogingen zouden dan weleens in de buurt kunnen komen van de ex-
RSCA-spitsen Kemar Roofe (56 procent) en Lukas Teodorczyk (51 procent).
Maar na Lukas Nmecha is de doeltreffendheid van de andere offensief ingestelde spelers van Anderlecht ver te zoeken. Jérémy Doku kwam dit seizoen enigszins nog in de buurt van de Duitser, met 40 procent gekadreerde doelpogingen. Daarnaast valt de inefficiëntie op van Michel Vlap (18 procent), Anouar El Hadj (18 procent) en Jacob Bruun Larsen (14 procent). Die laatste is, op centrale verdediger Matt Miazga na, tegenwoordig zelfs de minst doelgerichte speler in de ploeg van Vincent Kompany.
TALENT EN KWALITEIT
Vincent Kompany bewierookt bijna wekelijks de uitermate hoge trainingsprestaties van zijn spelers. Op de oefenvelden zouden de doelpogingen rijkelijk binnenvliegen, maar tijdens de wedstrijden is dat dus allerminst het geval. Het verschil tussen talent en kwaliteit, zoals Kompany het ook meermaals uitlegde. Maar 't is overduidelijk dat de doelgerichtheid anders en beter moet. En dringend ook.