De voorbije twee interlandperiodes gaf Roberto Martinez speelkansen aan enkele jonge talenten uit de Jupiler Pro League. Tegen Ivoorkust in oktober debuteerde Zinho Vanheusden, terwijl het tegen Zwitserland de beurt was aan Charles De Ketelaere en Hannes Delcroix. Zij volgden zo in de voetsporen van onder meer Yari Verschaeren.
Allen komen ze nog uit in eigen land, maar bij de meesten is de verwachting dat ze op termijn de stap naar het buitenland zullen zetten. Al heeft Martinez op dat vlak wel een belangrijke boodschap voor zijn jonge spelers. Hij ziet hen liever nog even in de Jupiler Pro League blijven om nog wat extra stappen te zetten.
"Dat is geen kwestie van leeftijd, maar wel van maturiteit", stelt de bondscoach bij ESPN. "Die maturiteit bereik je door om te gaan met tegenslag in het eerste elftal en daar heb je meestal tussen de 40 en 60 wedstrijden voor nodig. Dat kan je bereiken op 16, 17 of 18 jaar, maar ook op 22 jaar. De speler moet volwassen genoeg zijn om te kunnen omgaan met voetballen in het buitenland. Maar het gaat niet alleen over het voetbal, ook de mens moet volwassen genoeg zijn om in het buitenland te kunnen overleven."