De overwintering in Europa is een feit, de finale van de Beker van België binnen handbereik én
Club Brugge is de gedoodverfde titelkandidaat in de
Jupiler Pro League. Redenen genoeg dus voor Philippe Clement om een doorgedreven rotatie door te voeren, zoals vaak werd opgevoerd in de media. Blauw-Zwart heeft namelijk nog veel wedstrijden voor de boeg én een ruime spelerskern ter beschikking. Al wordt uiteindelijk toch niet zó veel geroteerd in Jan Breydel.
We namen de proef op de som. De speeltijd van elke Club Brugge-speler werd afgewogen op het totaal aantal minuten dat tot dusver mogelijk was in de Jupiler Pro League, wat na 24 speeldagen uitkomt op 2160 eenheden. Daarbij lijkt Clement vast te houden aan een vaste kern, afgewisseld met rotaties op twee posities. Pas bij schorsingen en blessures schuift de Brugse selectieheer met zijn onmisbare spelers.
Door de grote en kwalitatieve spelersgroep in Brugge zou het doorvoeren van een rotatie nochtans redelijk logisch zijn. Clement wil al zijn spelers fit hebben wanneer het 'money-time' is, in de play-offs dus. Het doel is dan ook niet om zijn spelers rust te geven, maar wel om iedereen scherp en klaar te houden. Op die manier kan Clement wekelijks knopen doorhakken over wie al dan niet moet/mag opdraven.
Over rotatie sprak de coach zelf bovendien eigenlijk nooit. “Jullie maken er altijd zo’n groot item van. We hebben 27 spelers, en mijn betrachting is om iedereen fit te hebben in april/mei”, verklaarde Clement eerder dit seizoen. De meest frisse spelers, die in zijn optiek het best voor de dag zullen komen in de volgende wedstrijd, worden stelselmatig opgesteld.
Vier spelers maakten bijna alle speelminuten rond in de competitie. En weinig verrassend behoren Ruud Vormer en Hans Vanaken tot die categorie. Clement liet eerder al vallen dat hij geen vervanger voorhanden heeft voor Vormer, wat ook bleek tijdens diens afwezigheid in de Champons League. Ook Vanaken is uniek in zijn soort. Charles De Ketelaere wordt gezien als de opvolger van de Gouden Schoen, maar het zou niet fair zijn om hem nu al te bombarderen tot zijn successor.
Naast de onmisbare tandem op het middenveld gaan ook de ankers achterin Simon Mignolet en Simon Deli vlotjes de grens van 90% voorbij. Mignolet zou zelfs 100% van alle speelminuten in eigen land halen, mocht hij al sinds het seizoensbegin aanwezig zijn in Brugge. De doelman miste namelijk de eerste twee wedstrijden na zijn komst vanuit Liverpool. Deli miste één competitiewedstrijd door een enkelblessure, anders was zijn percentage nog hoger dan de huidige 91%.
Hans Vanaken: 2133 speelminuten, 98% ; Ruud Vormer: 2103 speelminuten, 97% ; Simon Mignolet: 1980 speelminuten, 91% ; Simon Deli: 1973 speelminuten, 91%
+75% speelminuten in JPL
Een categorie lager zien we twee spelers die een hele reeks wedstrijden moesten missen wegens blessures. Clinton Mata moest in totaal vier competitiematchen aan zich laten voorbij gaan, waarvan drie wegens een blessure en één omwille van een schorsing. Desondanks haalt de Angolees nog 77% van alle mogelijke minuten dit seizoen. Zonder die gemiste duels – die de sterkhouder sowieso zou spelen in normale omstandigheden – zou hij zelfs pieken op 93%.
Hetzelfde verhaal bij defensiepartner Brandon Mechele. Ook hij lag enkele matchen in de lappenmand en was door die kwetsuren, en de bijhorende revalidatie, niet altijd wedstrijdfit. Toch haalt ook hij momenteel 77%, meer dan driekwart van alle mogelijke speelgelegenheid in de huidige JPL-campagne. Zonder blessures zou ook zijn percentage dus vlotjes de kaap van 90% benaderen.
Eduard Sobol lag begin dit seizoen nog in balans met Federico Ricca. De Uruguayaan kreeg vooral de voorkeur in de Europese wedstrijden, maar naarmate het seizoen vorderde eiste Sobol steeds nadrukkelijker ook in de competitie zijn plaats op. De Oekraïner lijkt de concurrentieslag op de linksachter/linksmidden definitief gewonnen te hebben. Op die positie is er dus bijlange geen spraak meer over rotatie.
Eduard Sobol: 1687 speelminuten, 78% ; Brandon Mechele: 1665 speelminuten, 77% ; Clinton Mata: 1664 speelminuten, 77%
+50% speelminuten in JPL
Drie spelers halen nog meer dan de helft van alle speelminuten in de Jupiler Pro League. Krépin Diatta is indien fit steeds een basisspeler, maar hij miste de eerste twee competitiewedstrijden na een slopende maar succesvolle campagne in de Afrika Cup. Bovendien kende ook hij het nodige blessureleed, waardoor hij drie duels moest overslaan. Ook bij de Senegalees geen sprake van rotatie dus. Een fitte Diatta, die speelt altijd onder Clement.
Bij Emmanuel Dennis ligt dat evenwel iets anders. Hij wordt soms uitgespeeld als diepe spits, maar vaak ook als flankaanvaller. Clement houdt de wispelturige Nigeriaan dan ook dikwijls aan de kant, of vervangt hem vroegtijdig. Bijgevolg haalt Dennis, ondanks zijn status, slechts nipt de grens van 50% van alle speelminuten in de competitie.
Onder Clement werd Mats Rits het vaakst uitgespeeld als nummer zes, ondanks de toenemende concurrentie van Éder Balanta. De strijd van de Colombiaan, die zondag bijvoorbeeld een enorm sterke partij tegen Antwerp afwerkte, heeft Rits dus zeker nog niet gewonnen. Bovendien miste ook hij drie wedstrijden door een hamstringblessure en één match door schorsing.
Krépin Diatta: 1333 speelminuten, 61% ; Mats Rits: 1230 speelminuten, 56% ; Emmanuel Dennnis: 1113 speelminuten, 51%
DE ROTATIESPELERS
Tien spelers worden door Clement dus meer dan de helft van de keren op het wedstrijdblad genoteerd, met daarbij opvallend veel middenvelders en defensieve pionnen. In het aanvallende compartiment lijkt de Brugse coach echter meer af te wisselen. David Okereke en Siebe Schrijvers halen bijvoorbeeld net niet de grens van 50%. Kort daaronder vinden we met Percy Tau nog een aanvaller terug.
Ook Balanta schippert in dezelfde categorie. Hij arriveerde wel laat op Jan Breydel en kende ook zijn deel blessureleed. In het onderste segment van de speelminuten vinden we tot slot Matej Mitrovic, Ricca, Odillon Kossounou, De Ketelaere, Loïs Openda, Thibault Vlietinck en Ethan Horvath. Van deze spelers lijkt alleen De Ketelaere nog veel speelminuten te pakken in het verdere verloop van de competitie, de rest zal het moeten stellen met – jawel – een rol als rotatiespeler.
David Okereke: 1042 speelminuten, 48% ; Siebe Schrijvers: 1012 speelminuten, 46% ; Eder Balanta: 861 speelminuten, 39% ; Percy Tau: 821 speelminuten, 38% ; Matej Mitrovic: 541 speelminuten, 25% ; Ricardo Ricca: 479 speelminuten, 22% ; Odillon Kossounou: 405 speelminuten, 18% ; Charles De Ketelaere: 376 speelminuten, 17% ; Loïs Openda: 323 speelminuten, 14% ; Thibault Vlietinck: 217 speelminuten, 10% ; Ethan Horvath: 180 speelminuten, 8%