In de Champions League krijgt Club Brugge woensdag FC Barcelona over de vloer. In aanloop naar het bezoek van de Spaanse grootmacht liet Nicky Hayen nog eens zijn licht schijnen op de ziekenboeg in Jan Breydel.
Simon Mignolet, Bjorn Meijer en Ludovit Reis liggen nog in de lappenmand, maar voor het overige kan de trainer op zijn voltallige selectie rekenen. Inclusief Raphael Onyedika, die zaterdag tegen Dender zijn comeback vierde na zes weken afwezigheid met een hamstringblessure. De 24-jarige Nigeriaan viel een halfuurtje in om al wat ritme op te doen.
LEES OOK: Hayen hakt knoop door: opvallende wissel bij Club Brugge
Onyedika aan aftrap?De vraag is nu vooral of hij klaar is om tegen Barcelona aan de aftrap te verschijnen. Zelf vindt Onyedika alleszins van wel, terwijl Hayen toch iets meer voorzichtigheid inbouwde. "We zullen de komende dagen bekijken of hij al kan starten, maar hij zal zeker nog geen 90 minuten aankunnen", klonk het afgelopen weekend immers. Tijd voor een update dus.
"Rapha heeft die 30 minuten goed verteert, dus dat is positief. We zullen morgen wel zien of hij start of niet. Hij is in het verleden al heel belangrijk geweest. Het is iemand die rust en stabiliteit brengt en heel goed de organisatie in de gaten houdt. Op dat vlak heeft hij een enorme waarde voor de ploeg", vertelt Hayen daags voor de match aan VTM Nieuws.
Hayen kruist vingers
Ook tijdens zijn persbabbel werd Hayen gepolst naar een eventuele basisplaats voor de controlerende middenvelder. "Rapha is fit genoeg. Of hij al dan niet zal starten zullen we morgen zien", wilde de coach er duidelijk niet te veel in zijn kaarten laten kijken. De algemene verwachting is evenwel toch dat Onyedika gewoon aan de aftrap zal verschijnen.
Niet alleen is hij een cruciale pion om het evenwicht te bewaren, het klasseverschil met eventuele alternatieven zoals Lynnt Audoor en Cisse Sandra blijft zowel met als zonder bal voorlopig groot. Het experiment met Romeo Vermant naast Hans Vanaken en Aleksandar Stankovic lijkt gezien het niveauverschil met de tegenstander dan weer te avontuurlijk.
Arne Decraene