Zinho Vanheusden verbaasde vriend en vijand door een contract te tekenen bij Spaanse derdeklasser Marbella. De Belgische verdediger is slechts 26 jaar, maar zijn carrière zit in het slop. Blessureleed zorgde voor domper na domper.
Vanheusden werd gezien als een groot talent en maakte al vroeg de overstap naar Inter. Na een sterke periode bij Standard Luik werd de centrale verdediger ook Rode Duivel. Nadien liep het echter compleet mis voor Vanheusden.
LEES OOK: Opvallende wending: Defour lonkt naar Belgische club
Zo diep zat ikTegenover Het Nieuwsblad brak Vanheusden het stilzwijgen. “Ik ga niet meer vechten om Rode Duivel te worden of de top te bereiken. Ik kies nu voor mijn geluk”, begon hij zijn relaas. “De laatste weken gaat het goed met me, dat kan ik eerlijk zeggen. Maar dat is lang niet zo geweest. Ik zéí altijd wel dat het goed ging, maar dat was niet oprecht. In België slaagde ik er echt niet in om de negatieve spiraal te doorbreken.”
Overal werd Vanheusden aangesproken over zijn blessureleed en daar had hij het enorm moeilijk mee. Nu onthulde de verdediger dat hij zes (!) zware blessures heeft gehad. De laatste in het rijtje waren de rugproblemen bij KV Mechelen. “Maar ik ga daar eerlijk over zijn: op dat moment heb ik heel diep gezeten. Ik werd geopereerd aan de rug, moest drie weken platliggen, mocht zelfs niet gaan wandelen, en dan zijn al die zware jaren op me afgekomen.”
Hulp gezocht
Vanheusden ging ook te raad bij professionele hulp want mentaal zat hij aan de grond, ondanks hij net een zoontje had gekregen. “Opnieuw Rode Duivel worden of de top bereiken: daar denk ik dus niet meer aan. Daar heb ik jarenlang voor proberen te vechten, maar dat werd gewoon te zwaar. Daarom de keuze om hier te spelen. Als jullie dat lazen, dachten jullie wellicht: die is gek, wat doet hij nu?”
De verdediger denkt aldus enkel aan het spelplezier terug te vinden. Vanheusden heeft diep gezeten en wil daar eerst uit zien te komen. “Genieten van het leven, dat wil ik nu doen. Dat moet wel lukken hier, aan de zee, met m’n vriendin en m’n zoontje, met m’n ouders en zus die geregeld langskomen. Ze zien dat ik aan de beterhand ben.”