In de bekerfinale bleek Club Brugge zondag andermaal te sterk voor aartsrivaal RSC Anderlecht, dat pas in de blessuretijd de aansluitingstreffer wist te scoren. Te laat voor een heus slotoffensief, al had het net zo goed anders konden lopen.
Een aantal minuten voor het tweede doelpunt van Romeo Vermant claimden de Brusselaars namelijk een strafschop na vermeend handspel van Hans Vanaken, die na afloop ook toegaf dat hij het leer met zijn arm beroerde. Onvrijwillig weliswaar, en dus vond de aanvoerder van Blauw-Zwart het logisch dat Jasper Vergoote de bal niet op de stip legde.
Hands van Vanaken?
In het Paars-Witte kamp, waar onder meer Marc Coucke verbolgen reageerde, was men uiteraard een heel andere mening toegedaan. Bij rechtenhouder VTM begrepen analisten Marc Degryse en Gert Verheyen hun ongenoegen, want in het verleden werden dit soort fases soms wél bestraft. Al vonden ook zij dat de VAR niet tussen hoefde te komen.
In tegenstelling tot wat Besnik Hasi beweerde maakte Vanaken geen bewuste beweging naar de bal. Hoewel zijn arm los was van het lichaam lijkt er bovendien geen sprake van een onnatuurlijke houding. Of hij zijn lichaam zo breder maakte is door de richting van de bal, die anders mogelijk op zijn borst was beland, eveneens voor discussie vatbaar.
Kruin van Mechele
Met tevens nog een potentiële overtreding van Lucas Hey en het feit dat de bal wel van érg dichtbij op zijn arm terechtkwam zijn er dus voldoende motieven om de beslissing van de arbitrage te ondersteunen. Meer nog: op basis van het spelreglement valt er volgens Het Nieuwsblad ook om een andere reden zelfs niets af te dingen op hun beslissing.
"Er is geen sprake van een overtreding met betrekking tot hands als een speler wordt geraakt op de hand of arm door een bal die van een teamgenoot komt, tenzij die bal direct in het doel gaat of er onmiddellijk gescoord wordt", valt daar immers duidelijk te lezen. Vermits Brandon Mechele de bal het laatst raakte kon het dus sowieso nooit hands zijn.