Maarten Coenen
Een zorgeloze kerst zit er voor Marc Coucke dit jaar niet in. Een paar weken geleden werd één van zijn topinvesteringen immers getroffen door een zwaar drama. De ondernemer en zijn équipe rechten nu de rug, al is dat geen sinecure.
Schrikmoment om nooit te vergeten
Amper drie weken geleden sloeg de vlam letterlijk in de pan bij 'Le Sanglier'. Een enorme steekvlam zette het pand van Marc Coucke in Durbuy genadeloos in brand.
Het moment waarop Coucke zelf werd ingelicht, ligt nog vers in het geheugen. "Ik riep meteen ‘Brand!’. Kennelijk zo luid dat mijn vrouw Nathalie dacht dat het kasteel in vuur stond. Ik zag haar naar de kerstboom lopen en zei snel ‘Het is in Durbuy, schat’. We hebben een tijd gevreesd: ‘t is gans om zeep. Bange momenten, want het personeel was toen één voor één de 97 kamers van het hotel aan’t aflopen."
Er werd aanvankelijk dus gevreesd voor een enorme ramp, uiteindelijk zou de schade nog 'meevallen'. Wat uiteraard relatief is, er zou sowieso voor miljoenen aan herstelwerken nodig zijn, alleen werd er in eerste instantie voor nog erger gevreesd.
Kerstmirakel in Durbuy
Meteen na de ramp besloten Coucke en chef Wout Bru om de activiteiten weer op te starten. Een deel werd verhuisd naar andere panden maar ondertussen zijn 2/3de van de 95 kamers in het hotel weer open, een klein mirakel.
Ook het personeel van de ondernemer deelde finaal niet in de klappen. “We zijn trots dat we ons personeel niet op technische werkloosheid hoeven te zetten, wat de gemakkelijkste oplossing zou zijn geweest en dan zou de overheid - die niet echt overschot heeft blijkbaar - dat betalen. Maar daar bedanken we voor. Het motiveert ons en bezoekers beseffen eens te meer het belang van ondernemerschap doordat er in Durbuy ook bij tegenslagen leven in de brouwerij blijft.” Zo besluit de eigenaar van Anderlecht met een positieve noot bij HLN.
