“Janken.” Zo omschrijft Johan Boskamp de recente klaagzang van Benito Raman over zijn bankzittersstatuut bij Anderlecht. De 27-jarige is helemaal niet bezig aan een slecht seizoen - zeker niet op basis van zijn statistieken - maar Raman devalueert zichzelf door zijn goede prestaties zelden te bevestigen op de (middel)lange termijn. Daarom, en ook door zijn geregelde uitspattingen, zal Raman de concurrentiestrijd van Christian Kouamé, de nummer één van Vincent Kompany, nooit winnen.
NIEUWE REL
Vorig weekend maakte Benito Raman het al te bont bij Anderlecht. De guitige aanvaller verwachtte om in de basis te staan in de Brusselse derby, maar Vincent Kompany koos verrassend genoeg voor Christian Kouamé - de Ivoriaan die nog maar net terug was van de Africa Cup. “Iedereen ziet dat ik gefrustreerd ben”, vertelde een ontgoochelde Raman spontaan aan de pers na de match tegen Union.
“Intern zullen we eens moeten kijken wat we gaan doen. Deze situatie is niet acceptabel voor mij. Ik zeg niet dat ik wil vertrekken, maar als ik nooit speel, dan heeft het ook geen zin om te blijven. De coach beslist wie aan de aftrap staat en die keuzes moet je accepteren - of die nu terecht zijn of niet. Maar na een tijd komt het wel harder aan.” Raman telt dit seizoen dit seizoen amper 11 basisplaatsen in 25 wedstrijden.
Vincent Kompany liet deze uitschuiver van Benito Raman niet lang aanslepen, want die bewuste zondag hadden beide heren nog een persoonlijk onderhoud. “We waren zelfs nog niet in Neerpede”, aldus de RSCA-coach aan Het Laatste Nieuws. “Ik heb duidelijk mijn mening gegeven en gezegd waarom dat interview geen goed idee was. Nog geen twee uur na de match heeft Benito ook zijn excuses aangeboden voor de hele groep.”
IRRITATIE IN DE KLEEDKAMER
Alles lijkt dus terug koek en ei te zijn tussen Benito Raman en Vincent Kompany, maar het lijdt geen twijfel dat de aanvaller de strijd om een basisplaats zal opgeven. “Daags nadien gaf hij opnieuw alles op training. Dan kan ik hem zeker vergeven.” Kompany moest dus een brandje blussen en dat was niet de eerste keer dit seizoen. Onlangs gingen ook Lior Refaelov en Wesley Hoedt met elkaar in de clinch.
Volgens Marc Degryse beginnen er daarom toch wat irritaties te ontstaan in de spelersgroep van Anderlecht. “Niet iedereen loopt ‘happy rond”, zei de analist in Het Laatste Nieuws. Degryse stelt dat Kompany daar echter niet te veel tijd en energie insteekt. “Hij houdt zich niet zo bezig met de gemoedstoestand van zijn speler. Wat voor hem telt, is het totale plaatje.”
En dat totale plaatje zijn uiteraard de resultaten en de punten.
NIET TE SNAPPEN
In de visie van Vincent Kompany is Christian Kouamé duidelijk de nummer één in de spitsenhiërarchie van Anderlecht. Indien fit, dan begint de Ivoriaan altijd in het basiselftal. Enkel tijdens zijn debuutwedstrijd in augustus was Kouamé een invaller. Dat komt vooral omdat de 24-jarige de looplijnen van Kompany beter snapt dan Benito Raman en Joshua Zirkzee. Samen met zijn energie, fysiek, snelheid en kracht zorgt Kouamé ervoor dat hij incontournable is bij de coach van Anderlecht.
De liefde van Vincent Kompany voor Christian Kouamé kwam eerder deze week nogmaals tot uiting in de bekerwedstrijd tegen KAS Eupen. Iets na het uur besliste Kompany om Joshua Zirkzee naar de kant te halen voor Benito Raman. Met die wissel bleef Kouamé op het veld, hoewel Zirkzee pakken beter in de wedstrijd zat dan de Ivoriaan. “Eigenaardig genoeg haalde de coach opnieuw Zirkzee naar de kant en niet Kouamé. Alweer. Om eerlijk te zijn: wij snappen dat niet”, schreef Het Nieuwsblad.
CIJFERS LIEGEN NIET
Enerzijds kunnen wij het standpunt van Vincent Kompany wel snappen. Christian Kouamé brengt door zijn specifieke kwaliteiten veel bij in het algemeen spelbeeld van Anderlecht. De Ivoriaan is bijvoorbeeld erg nuttig in de (offensieve) duels. Kouamé wint per wedstrijd gemiddeld 10 duels, terwijl Joshua Zirkzee (8) en Benito Raman (7) minder hoog scoren in dat spelfacet. Hetzelfde geldt ook voor de offensieve duels, waar Kouamé zijn spitsbroeders wederom aftroeft.
Anderzijds brengen Joshua Zirkzee en Benito Raman wel meer doelpunten en assists dan Christian Kouamé. En daar draait het uiteindelijk allemaal rond. Zirkzee was dit seizoen in de Jupiler Pro League goed voor 15 beslissende acties (10 goals + 5 assists), Benito Raman telt 10 beslissende acties (7 goals + 3 assists) en Christian Kouamé amper 4 beslissende acties (4 goals + 0 assists). Per 90 minuten staat Zirkzee garant voor 0,88 beslissende actie, Raman voor 0,8 en Kouamé voor een bedroevende 0,28.
“JANKENDE” RAMAN
Daarnaast is Benito Raman ook de Anderlecht-spits die het meeste kansen creëert voor zijn ploegmaats, ongeacht of daar een effectief doelpunt uit voortvloeit. Op basis van zijn beslissende cijfers voor Sporting verdient Raman dus duidelijk een plaats in de basisploeg. Maar in de strijd om een basisrol gooide de 27-jarige dit seizoen meermaals zijn eigen ruiten in. We denken hierbij aan zijn veelbesproken kopstoot aan Faïz Selemani van KV Kortrijk en uiteraard ook aan zijn vlammend interview na de match tegen Union SG.
Maar vooral op het veld kon Benito Raman zijn momentum nooit bevestigen. De ene week legt hij een uitstekende prestatie op de mat, terwijl hij in de volgende wedstrijd een dramatische match afwerkt. De combinatie van de sportieve en extrasportieve redenen zorgt er uiteraard voor dat Raman niet meteen in de bovenste schuif van Vincent Kompany komt te liggen. Bij de transfer van Raman calculeerde Kompany dergelijke uitspattingen in, maar zijn continuïteit op het veld baart veel grotere zorgen.
Ook Johan Boskamp maakt zich niet druk over de escapades van Benito Raman. De Nederlander zegt in Het Belang van Limburg dat dit een wederkerend verhaal aan het worden is. “In plaats van te janken, was hij beter rechtstreeks op Kompany afgestapt om te vragen hoe het zit. Dan ben je een volwassen jongen”, stelde Boskamp scherp. En ook de analist meent dat het probleem van Raman vooral ligt bij de duurzaamheid van zijn prestaties. “Hij speelde ook al best wat goeie wedstrijden voor Anderlecht, scoorde zijn goals, heeft zijn kwaliteiten met zijn snelheid en diepgang, maar hij moet het over een langere tijd laten zien.”