Jannick Lanckriet
De Rode Duivels blazen de komende dagen verzamelen om de komende EK-kwalificatiewedstrijden tegen Oostenrijk en Estland voor te bereiden, maar een aantal spelers zullen toch met de nodige transferzorgen in Tubeke neerstrijken. De voorbije dagen ontwikkelde zich bijvoorbeeld een transfersoap rond Loïs Openda, die na een geweldig seizoen bij RC Lens in de kijker loopt.
De 23-jarige spits scoorde meteen 21 keer in zijn eerste seizoen in de Ligue 1 en daarmee heeft hij de nodige aandacht getrokken. Hij werd de voorbije weken onder meer aan AC Milan gelinkt, maar RB Leipzig lijkt de meest concrete piste te zijn. Vanuit Duitsland en Frankrijk kwamen berichten dat Openda zelf al persoonlijk rond was met de Duitse bekerwinnaar over een langdurig contract, maar dat Lens het eerste bod van Leipzig ter waarde van 30 miljoen euro van tafel geveegd had.
Dat betekent echter niet dat de transfer van de baan is. Zeker niet als het van Openda zelf afhangt, want volgens de Duitse journalist Philippe Hinze wil onze landgenoot volgend seizoen enkel en alleen voor Leipzig spelen. Hij was vijf weken geleden al op bezoek bij de club en raakte toen helemaal overtuigd van het sportieve project dat er voor hem klaarligt. Hij zou zijn wens ook al duidelijk laten weten hebben aan de clubleidingen van Lens én Leipzig.
Pokerspelletje tussen de clubs
Het is nu dus aan de clubs om een akkoord te vinden, maar voorlopig pokeren zij om de vraagprijs. Vanuit Frankrijk werd een transfersom van 45 miljoen euro gesuggereerd, maar dat zal Leipzig niet betalen. De Duitsers hebben wel de middelen om hun bod nog wat op te trekken, want ze incasseren straks normaliter zo'n 80 miljoen euro met de verkoop van Christopher Nkunku aan Chelsea.
Got the clear information: Lois #Openda ONLY wants to join Leipzig. The Belgian has communicated this to the sporting management of Lens & RB. Pressure is on @RCLens now. Openda was in Leipzig five weeks ago and has now been clearly convinced of the project. 🇧🇪🤝 @sachatavolieri pic.twitter.com/NpxWwuIqaq
— Philipp Hinze (@philipphinze24) June 7, 2023
