Winnen of hun koffers pakken: de opdracht voor de Rode Duivels kan donderdag tegen Kroatië niet duidelijker zijn. Roberto Martinez en zijn manschappen nemen dus best geen voorbeeld aan Denemarken, dat door de mand viel op haar eigen D-Day en met het schaamrood op de wangen reeds huiswaarts keert vanuit Qatar. Helaas zijn er heel wat argumenten die erop wijzen dat België straks hetzelfde lot beschoren is.
Na een één op zes tegen Tunesië en Frankrijk gingen de Denen woensdag op de slotspeeldag van de groepsfase met 1-0 onderuit tegen Australië. Een moedige doch op papier zwakkere tegenstander dan Luka Modric en zijn maats, al stootten de Socceroos wel door naar de volgende ronde – net zoals de vergeefse zege van Tunesië tegen een Frans B-elftal een stunt van formaat. Denemarken strandde zo zelfs troosteloos op de laatste plek in de poule: voor ons land, dat tenminste al een overwinning boekte op dit WK, moet het gek lopen om die blamage te evenaren. Voor het overige zijn de parallellen tussen de twee Europese schaduwfavorieten, vooraf allebei nog bestempeld als outsiders om de wereldbeker in de wacht te slepen, evenwel nauwelijks op één hand te tellen.
BRONZEN GENERATIES
Onze geprezen Gouden Generatie heeft die status uiteraard deels te danken aan de bronzen medaille in Rusland vier jaar geleden, waar Denemarken nog sneuvelde in de achtste finale. Op het EK anderhalf jaar geleden verbaasden de troepen van Kasper Hjulmand daarentegen vriend en vijand door het tot de halve finale te schoppen. Nochtans kon het toernooi niet slechter beginnen, want in de eerste partij tegen Finland zeeg Christian Eriksen kort voor de pauze plots neer met een hartstilstand. De nederlaag was slechts bijzaak. Nadien gingen de Denen tevens tegen de Rode Duivels onderuit, maar dankzij een ruime zege tegen Rusland kwalificeerden ze zich vanuit die uitzichtloze situatie alsnog voor de knock-outfase. Daarin gingen Wales en Tsjechië voor de bijl, alvorens Engeland na verlengingen te sterk bleek.
De voorbije jaren kwamen de Denen ons land trouwens wel vaker tegen. Drie keer om precies te zijn, waarin Martinez zijn collega telkens te slim af was. Ook in de Nations League trok hij tweemaal aan het langste eind. Toch toont het aan hoe de Scandinaven eveneens deel uitmaken van een select kransje. Niet voor niks pronkt Denemarken op de tiende stek op de FIFA-ranking, acht plaatsen achter België. Hun eigen historische lichting dus, die met de halve finale op het EK de beste prestatie neerzette sinds de eindwinst in 1992 – net zoals de Rode Duivels in Rusland in de voetsporen traden van de helden die in 1986 Mexico veroverden. Eentje waar Hjulmand zowaar nog moeilijker afscheid van kan nemen dan Martinez, al ligt hun meest recente huzarenstukje natuurlijk wel nog een stuk verser in het geheugen.
VERGANE GLORIE
Toch doet de Deense selectie met acht tegen 11 dertigers niet eens zoveel onder voor onze verouderde kern, waar de vele anciens wel nog altijd een belangrijkere rol vervullen. Mede door omstandigheden voerde Martinez niettemin zowaar zelfs een iets grotere schifting door. Acht internationals die er nog bij waren op het EK werden voor dit toernooi ingeruild voor nieuwere exemplaren, versus slechts vijf stuks bij Denemarken. Van doorselecteren was hier dus nog minder sprake, ook de selectiepolitiek van Hjulmand ligt nu stevig onder vuur. De klap kwam tenslotte hard binnen in Kopenhagen, de kritiek op de bondscoach is striemend. Anders dan Martinez ligt hij wel nog vast tot medio 2024. Hjulmand is ook pas sinds 2020 in dienst en lijdt met 35 tegenover 78 interlands daarom minder onder metaalmoeheid.
Het maakt de druk op zijn persoon er niet minder op. Net zoals Martinez krijgt Hjulmand het verwijt dat hij op tactisch gebied onvoldoende flexibiliteit etaleert. Zowel tegen Tunesië als tegen Australië, twee doodsaaie vertoningen, vond de man die ooit dicht bij Anderlecht stond geen antwoord op het defensief blok van de stugge tegenstanders. Zijn soms vreemde wissels brachten daarbij telkens weinig zoden aan de dijk en deden hier en daar de wenkbrauwen fronsen. Zo haalde Hjulmand op speeldag één met Andreas Skov Olsen – voor wiens vervanging tegen Australië, toen hij naarmate de wedstrijd vorderde alsmaar ongelukkiger werd in zijn acties, meer te zeggen viel – zijn gevaarlijkste man naar de kant. Tussendoor bleef de Club Brugge-winger tegen Frankrijk op de bank. Begrijpe wie begrijpen kan.
KRITIEK OP BONDSCOACH
Het klinkt u allemaal ongetwijfeld bekend in de oren. Ook het wisselbeleid en de personeelskeuzes van Martinez hebben tegenwoordig meer weg van lukrake pogingen om op een oplossing te botsen dan op weldoordachte beslissingen. Paniekerig in het wilde weg schieten dus, in de hoop ergens eens raak te treffen. In de punt deed Hjulmand bijvoorbeeld aan lotje trek met achtereenvolgens Kasper Dolberg, Andreas Cronelius en Martin Braithwaite. De in het verleden nochtans verdienstelijke Yussuf Poulsen en beloftevolle Jonas Wind, allebei pas terug uit blessure, kwamen niet aan de bak. Waren hun plekjes dan beter naar niemand anders gegaan? Het doet denken aan de onzekerheid omtrent Romelu Lukaku, al is Michy Batshuayi – steeds meer onder vuur – bij ons wel de duidelijke nummer twee in de pikorde.
Daarachter twijfelt Martinez echter tussen onder andere Loïs Openda en Charles De Ketelaere, op het middenveld is het zoeken naar de juiste mix van profielen. Op de flanken, waar beide landen veel luxe hebben, weten pakweg Leandro Trossard, Jérémy Doku, Skov Olsen en Robert Skov evenmin waar ze aan toe zijn. Het continu gegoochel van hun bondscoach boezemt hen wellicht weinig vertrouwen in. Die laatste moest tegen Australië ineens mee de meubelen komen redden, nadat zijn laatste interland – behalve een minuutje in juni – al van voor het EK dateerde. Benieuwd of Martinez, die met de inbreng van De Ketelaere tegen Marokko ook niet voor het eerst iemand onverwacht voor de leeuwen wierp, gokt op spelers zonder speelminuten zoals Hans Vanaken, Zeno Debast, Arthur Theate of Wout Faes.
PECH & FALENDE STERREN
Leander Dendoncker verscheen tegen Canada aan de aftrap, nadien moest hij wijken voor de nieuwe veldbezetting. Voor het eerst ruilde Martinez zijn typische 3-4-3 immers in voor een weliswaar hybride 4-3-3. Exact dezelfde noodingreep die Hjulmand, aanhanger van hetzelfde systeem als de Spanjaard, woensdag uitprobeerde. Met dus ook hetzelfde resultaat: afwachten of Martinez er lessen uit trekt. Waar bij de Belgen Timothy Castagne de honneurs waarneemt links achterin posteert Hjulmand daar met oude bekende Joakim Maehle overigens eveneens een rechtspoot, net zoals de rest van de Deense defensie wel jonger dan de verouderde Belgische verdediging. Met uitzondering van aanvoerder Simon Kjaer, die het strijdtoneel samen met motor op het middenveld Thomas Delaney al na Tunesië verliet.
Pech dus voor de Denen, waar Eriksen ondanks de sympathie aan zijn adres nog meer teleurstelde dan Belgische spilfiguren zoals Eden Hazard of Kevin De Bruyne. Zijn positie in het elftal, volgens velen zeker zonder Delaney te laag, biedt net als bij KDB voer voor discussie. Nieuwe ster Pierre-Emile Höjbjerg heeft ook een bleek WK achter de rug. De timing is dan wel uiterst ongelegen, Hjulmand en Martinez zijn niet verantwoordelijk voor de matige vorm van hun sterkhouders. Hun wijzigingen, inclusief nog een formatie met drie achterin en twee diepe spitsen, deden het spelbeeld tegen Marokko en Australië wel niet meer kantelen. Noch de Denen, waar tot hiertoe nog niks uitlekte over eventuele spanningen in de kleedkamer, noch de Rode Duivels hadden een reactie in huis eens ze op achterstand kwamen.
HOPEN OP REMEDIE
Sleet op de relatie of niet: feit is dat beide teams op dit toernooi te weinig energie, vuur en passie – of wat Martinez spelvreugde noemt – uitstraalden. Bij de Denen, die nochtans over iets meer snelheid en diepgang beschikken, viel er van drang naar voren amper iets te merken. Allicht uit angst om op de tegenaanval koud gepakt te worden, wat ook gebeurde bij Australische goal – en de Marokkaanse 2-0, toen de deur met het mes op de keel telkens werd opengezet. In de rug zijn beide achterhoede haast even kwetsbaar, in de opbouw is hun voetballend vermogen te beperkt. Het resulteert in een schaarste aan kansen, zonder Plan B om de boel te forceren. Martinez zijn Rode Duivels blijken op diverse vlakken dus in hetzelfde bedje ziek als Hjulmand en de zijnen. Hopelijk vindt onze bondscoach wél tijdig een remedie om niet in hun zog te treden.
AD