RSC Anderlecht kreeg zondag een uitgelezen kans om zich te verzekeren van Europees voetbal tot aan de winterstop van volgend seizoen, maar kon die niet grijpen. De recordkampioen verloor immers op het veld van Antwerp FC en zag zo hoe de Great Old naar de derde plaats sprong. Al was er wel heel wat te doen omtrent het enige doelpunt van de Antwerpenaren.
Uit de beschikbare beelden was het immers onmogelijk om te beoordelen of de doelpoging van Didier Lamkel Zé volledig over de lijn was. Uiteindelijk werd vertrouwd op het oordeel van de lijnrechter. Die stond weliswaar goed opgesteld, maar zijn afstand tot aan de goal was wel behoorlijk groot. Een interventie van de VAR was echter niet mogelijk bij het gebrek aan de nodige technische middelen, waardoor niemand met 100% zekerheid kon zeggen of de bal nu echt over de lijn was. Opvallend voor een wedstrijd waarin zoveel op het spel stond.
En de hele situatie wordt nu nog pijnlijker, zo blijkt uit een onderzoek van de krant Het Laatste Nieuws. In februari 2020, zo'n 15 maand geleden dus, werd vanuit de Pro League immers beslist om extra camera's aan de doellijn te zetten. Op die manier moesten fases zoals met Lamkel Zé voorkomen worden. Maar door de stopzetting van de competitie kon dat plan niet meteen ontrold worden. En in het voorbije seizoen werden die extra camera's gewoonweg vergeten. Bovendien zouden verschillende clubs niet staan springen om zo'n extra investeringen te doen, zeker niet gezien de corona-verliezen. Opnieuw dus een amateuristisch ogende affaire.