RSC Anderlecht eindigde na 34 speeldagen op een zeer knappe derde plaats. Het is dankzij Neerpede dat RSCA Play-Off I heeft weten te halen. Vooral Jean Kindermans en Vincent Kompany mogen zich op de borst kloppen, en ook Peter Verbeke die altijd achter Kompany bleef staan.
Kompany baalde in oktober. Met Jérémy Doku verloor hij de beste jeugdspeler sinds Youri Tielemans bij
Anderlecht. Met hem erbij had Anderlecht wellicht al enkele weken vroeger zekerheid over deelname aan PO I.
Trainer Kompany is zelf een kind van Neerpede en hij kreeg veel kritiek over zich heen. De ex-verdediger maakte zeker fouten, maar dat doen de ervaren trainers ook nog altijd, en liet zich opmerken als tactisch heel erg bekwaam. Het is geen toeval dat Anderlecht met verschillende aanpakken zo goed presteerde in de topmatchen. Daarnaast toonde Kompany zich altijd rustig en viel hij nooit uit zijn rol als coach. In zeer moeilijke omstandigheden maakte hij best veel indruk in zijn eerste jaar als coach. PO I moet de kers op de taart worden.
Dat er nog veel wisselvalligheid is in de ploeg, is eigen aan jonge spelers. Bovendien had Anderlecht dit seizoen niet echt veel scorend vermogen in de ploeg. Kompany kon Lukas Nmecha overtuigen om naar Brussel af te zakken en het is een wonder dat hij heel het seizoen heeft gespeeld zonder blessures. Nmecha was de levensader van Anderlecht.
Naast Nmecha zijn het vooral de jonkies die de ploeg bij de hand namen. Hannes Delcroix kreeg een nieuwe kans bij Anderlecht en greep die met beide handen. Hij was de beste verdediger van Anderlecht, totdat hij uitviel met een blessure. Delcroix is de man die het meeste risico neemt bij het uitvoetballen en die defensief heel secuur was. Matt Miazga, die zich de laatste weken goed herpakte, hielp hem goed met zijn coaching.
Op het middenveld heerste Sambi Lokonga. De jongeling begon zwak aan het seizoen, maar wierp zich nadien op als de motor van het team. Hij heeft wel nood aan een bijter en dienende speler zoals Adrien Trebel of Josh Cullen naast zich. Met zijn goal tegen
Club Brugge en zijn sterke prestaties van de afgelopen weken nam hij zijn team bij de hand in de laatste rechte lijn richting PO I.
Anoaur Ait El Hadj is nog een speler die vertrouwen kreeg van Kompany. In het begin van het seizoen kreeg de coach kritiek voor het opstellen van de toen nog onbekende speler. Op de flank kwam hij niet uit de verf, maar nadien kreeg hij centraal zijn kans. Snelle voetjes, fysiek sterk, veel lef, technisch enorm sterk, een goede trap… El Hadj heeft écht wat weg van Matias Suarez, zoals Jean Kindermans aangaf. Hij blonk uit tegen Antwerp en Club Brugge en dat is straf op zijn achttiende. Tegen STVV was het minder, maar El Hadj was top in de toppers. Voordien was hij onder meer al bepalend tegen KRC Genk.
Eindigen doen we met Yari Verschaeren. Hij kende moeilijke maanden en Verschaeren leek wat te stagneren. Roberto Martinez bleef hem oproepen en daar werden terecht wat vragen over gesteld. Verschaeren kende al twee seizoenen pech met twee zware blessures. Kompany bracht hem nadien rustig, op medisch vlak zette
RSCA heel wat stappen voorwaarts, en net op het juiste moment was de Rode Duivel weer daar. In de laatste vier matchen scoorde hij drie keer en leverde hij één assist. Met 5 goals en 3 assists in 998 minuten is Verschaeren weer helemaal terug.
Dit seizoen wisten ook Francis Amuzu, Killian Sardella, Marco Kana en Mario Stroeykens minuten te maken. Vooral Amuzu was een tijdje sterk bezig, maar hij verloor zijn plaats aan andere jeugdproducten zoals El Hadj en Verschaeren.
Bij Anderlecht bewijzen ze dat jeugd opleiden en kansen geven, wel degelijk samen kan gaan met het behalen van resultaten.
Op financieel en sportief vlak is het de ideale match. Als Peter Verbeke - die in moeilijke omstandigheden ook goed werk leverde - een dikkere enveloppe zou krijgen en hen nog meer kan begeleiden met ervaren sterkhouders, dan kan het rendement mogelijk nog hoger komen te liggen. In Youth We Trust is geen holle slogan, maar de realiteit.
CR