Momenteel pronkt Club Brugge aan de top van het Belgisch voetbalfirmament, maar eens was het anders. Aan het begin van dit decennium pakte Blauw-Zwart al jaren geen platte prijs meer, met onder andere de romantische opvatting van Adrie Koster die te weinig resultaat opleverde. In november 2011 zorgde Christoph Daum dan ook voor een radicale stijlbreuk in Jan Breydel.
De Duitser wordt er vooral herinnerd om zijn behouden aanpak en zuinige 1-0 zeges, waarvoor zelfs de term 'Daum-score' in het leven werd geroepen. Uiteindelijk veroverde hij evenmin een trofee, maar Club eindigde onder zijn bewind wel voor het eerst sinds lang op de tweede plaats. Ongeveer een jaar na zijn intrede nam Daum omwille van privéredenen echter alweer afscheid van Brugge, waar de fans hem nog altijd koesteren voor zijn bijdrage.
Zij zijn dan ook vast benieuwd naar zijn zopas verschenen biografie Immer am Limit, waarin Het Laatste Nieuws reeds een kijkje nam. Daum vertelt er onder meer hoe Bart Verhaeghe en Vincent Mannaert hem overtuigden om de architect te worden van de complete vernieuwing die zij wilden doorvoeren. Volgens hem maakte Club dat jaar ook meteen kans op de titel, tot Nabil Dirar in januari werd verkocht en vervangen werd door Mushaga Bakenga.
De jonge Noor scoorde bij zijn debuut, met een grappige wc-anekdote tot gevolg, maar kon de leemte op de rechterflank uiteindelijk toch niet vullen. Na een tijdje eiste het werk bovendien zijn tol op Daum zijn privésituatie, waarop hij terug naar Duitsland besloot te keren. Toch kon de geschiedenis anders zijn verlopen, want: "Als Verhaeghe zou geprobeerd hebben, had hij me vermoedelijk kunnen overtuigen om te blijven. Maar hij heeft zich niet gemeld."