De Red Flames gingen woensdagavond met 6-1 de boot in tegen Europees kampioen Engeland. De Belgische voetbalsters konden in de finale van de Arnold Clark Cup geen vuist maken tegen de voetbalgrootmacht.
6-1, het is een score dat altijd hard aankomt. De Red Flames schopten het in de Arnold Clark Cup tot in de finale, maar moesten in Bristol hun meerdere erkennen in Engeland. Bondscoach Ives Serneels zocht na afloop van de partij niet naar excuses. “We moesten de wet van de sterkste ondergaan tegen een terechte EK-winnaar, die nog stappen heeft gezet. Ik betreur een aantal goals die we vandaag hebben geslikt, maar binnen de groep leeft het besef dat dit nog een of twee niveaus hoger is", vertelde hij aan Belga.
De Belgische dames legden zowel Italië als Zuid-Korea met 2-1 over de knie en wisten zo de finale van het prestigieuze toernooi te bereiken. Serneels blikte dan ook tevreden terug. “Nu ben je natuurlijk niet ‘happy’, maar ik heb de groep net gezegd dat we met opgeheven hoofd naar huis kunnen. We hebben dit toernooi bewezen dat het team in een stijgende lijn zit. Maar vandaag zullen de speelsters wel beseffen dat er nog werk aan de winkel is.”
VERSLAGENHEID
In de kleedkamer van de Flames heerste dan weer een gevoel van verslagenheid en ontgoocheling. Janice Cayman, actief bij Champions Leaguewinnaar Lyon, besefte dat haar ploeg gisteren te kort schoot. “We zijn vandaag met de neus op de feiten gedrukt. Engeland is nog een klasse hoger. Ik denk dat ze een echte kandidaat voor de wereldtitel zijn.”