KV Oostende wist dit seizoen maar op het nippertje het behoud in de Jupiler Pro League af te dwingen. Pas vorig weekend verkreeg de kustploeg zekerheid over een verlengd verblijf op het hoogste niveau, doordat een late penalty van Gueye een thuisnederlaag tegen Seraing nog afwendde. Voor een sterkhouder viel er echter weinig te vieren.
Maxime D'Arpino moest al 22 minuten naar de kant nadat hij zich aan de knie geblesseerd had. Bij KVO vreesden ze meteen het ergste voor hun Speler van het Jaar en die vrees is ook uitgekomen. "Specialisten spreken van een inactiviteit van zes maanden, maar als de meniscus moeilijk doet kan het ook zeven of acht maanden zijn. Ik mag ook niet té snel hervatten of ik kan weer terugvallen", bevestigt D'Arpino immers in Het Laatste Nieuws.
De Franse middenvelder ziet zo ook een transfer in het water vallen, want hij had een overeenkomst met KVO dat het na zijn tweede seizoen in de zomer mee zou werken aan een transfer. D'Arpino was één van de weinige sterkhouders van het vorige succesjaar die wél aan boord bleef, terwijl Alexander Blessin, Fashion Sakala, Arthur Theate, Andrew Hjulsager en Jack Hendry wel allemaal vertrokken.
EXTRA JAAR
In eerdere interviews vertelde D'Arpino al dat er vorige zomer nog interesse was van Standard en Anderlecht, maar hij moest dus in Oostende blijven. Dat zal hij door zijn zware blessure wellicht ook volgend seizoen doen, want slechts weinig teams zullen het risico willen nemen met een aanwinst die nog maanden out is. De 25-jarige heeft in Oostende nog een contract tot 2024.