Ruud Vormer speelde zondag een goede partij tegen Standard, maar toch werd het duidelijk dat de Nederlander geen zuivere nummer zes is. In de tactiek van Alfred Schreuder is dat een cruciale positie om de aanvallen op te zetten maar eveneens om het evenwicht te bewaken en om defensief doortastend te kunnen acteren bij tegenaanvallen. En dat laatste was duidelijk een groot probleem tegen de Rouches.
DE NIEUWE ZES
Ruud Vormer kende een vruchtbare winterstage in Marbella. De aanvoerder van Club Brugge werd in Spanje volledig gerehabiliteerd door de nieuwe coach Alfred Schreuder. “Ruud is een grote naam en een grote speler die hier al veel heeft gewonnen”, zei Schreuder over de bewezen prestaties van de middenvelder bij Club Brugge. Maar de Nederlandse coach had ook grote plannen met zijn landgenoot. In zijn spelsysteem en filosofie, zoals dat ook het geval was bij Hoffenheim, voorziet Schreuder altijd een belangrijke rol voor de nummer zes.
De 49-jarige verlangt van zijn nummer zes een significante meerwaarde in de spelopbouw, waardoor de aanvallen op een verzorgde wijze worden opgezet en een overwicht aan balbezit wordt gerealiseerd. En dan moet er op die positie een speler lopen die een groot voetballend vermogen bezit: Ruud Vormer. “Die positie bevalt me wel”, zei Vormer in Spanje over zijn nieuwe rol. “'De jongens bijsturen en erop klappen in balverlies.” Maar na twee officiële wedstrijden op die positie verdeelt de nieuwe rol van Vormer echter de meningen.
SUCCES TEGEN STVV
Tegen Sint-Truiden verdeelde Ruud Vormer het spel, waarbij hij als nummer zes pakken meer passes verstuurde én bovendien een enorm hoge passing-zuiverheid haalde. Dat was overigens niet erg moeilijk tegen de zwakke Kanaries. “Die proberen zoals Manchester City te voetballen, maar geraken niet eens uit hun zestienmeter”, zei Marc Degryse vorige week in Het Laatste Nieuws. “Sint-Truiden had tot morgenochtend mogen voetballen, nog zou het niet gescoord hebben. En dan zwijg ik nog over hun defensieve fouten... Pfff.”
Qua introductie met zijn nieuwe betrekking was de match tegen Sint-Truiden dus de ideale gelegenheid. Ruud Vormer blonk uit met zijn goeie voeten, spelinzicht en sterke passing. En net door die kwaliteiten geniet de aanvoerder het voordeel van Schreuder, boven Eder Balanta - onder Philippe Clement incontournable als nummer zes. Het experiment met Vormer als nummer zes tegen Sint-Truiden was dus een groot succes, want als verdedigende middenvelder moest hij bovendien erg weinig defensief werk opknappen.
De enige opmerking na de wedstrijd tegen Sint-Truiden was: zal Ruud Vormer ook tegen sterkere tegenstanders en in moeilijkere wedstrijdomstandigheden goed blijven presteren als nummer zes? In het verleden werd het al duidelijk dat hij geen aangeboren feeling heeft om zich goed defensief te positioneren in de omschakeling en dat hij bovendien moeite heeft wanneer de bal in zijn rug belandt. Da’s ook logisch omdat Vormer altijd een lopende en dynamische middenvelder was, veeleer met offensieve impulsen dan defensieve.
GEPAKT OP DE COUNTER
En na vorig weekend kunnen we alvast constateren dat Ruud Vormer geen zuivere verdedigende middenvelder is, vooral omdat de Nederlander op het defensief opzicht niet overtuigde. “De defensieve reflex bij balverlies is belangrijk”, zei Gert Verheyen op Eleven Sports bij het tweede Brugse tegendoelpunt, een fase waarin Vormer niet goed genoeg handelde. “Je moet daar harder terugsprinten en meer moeite doen om jouw verdediging bij te springen. In die fase staan ze op dat moment met vier tegen vier. Dan kan je wel een extra mannetje gebruiken.”
Gert Verheyen stelde dat dit een alarmfase was en dat Ruud Vormer daarom sneller terug moet aansluiten bij zijn verdediging. “Dat is een eerste moment waarbij je kan zien dat dit niet een typische reflex is van een zuivere defensieve middenvelder.” Ook Vormer zelf zag uiteraard dat Club Brugge er niet goed uitzag bij dat bewuste tegendoelpunt van Standard. “We moeten oppassen met de counters die we tegen krijgen”, zei hij aan Eleven Sports. “Daar staan we gewoon niet goed. Dan word je gepakt en moet je weer achter de feiten aan.”
WIJ ZIJN BARCELONA
“In aanvallend opzicht was dit het Club dat ik wilde zien”, zei Alfred Schreuder na het gelijkspel tegen Standard. Toegegeven, Club Brugge speelde bij momenten echt wel indrukwekkend voetbal. En dat is volledig de verdienste van de nieuwe coach, die nadrukkelijk zijn aanvallende stempel drukt op het spelbeeld. “Het is zeer offensief”, stelde ook Gert Verheyen vast bij Eleven Sports. “Maar ik vraag me af of dit ook houdbaar is. Of je elke week zo dominant kan blijven spelen. Want het doet me denken aan ‘wij zijn Barcelona’, maar het is de vraag of dat kan in onze Belgische competitie.”
Een sleutelpositie in de tactiek van Alfred Schreuder is niet toevallig de nummer zes. Die moet over uitstekende voetballende kwaliteiten bezitten, zoals Ruud Vormer die heeft, maar anderzijds moet iemand in deze rol ook het evenwicht bewaken en doortastend kunnen ingrijpen met verdedigende acties. En dat zal Schreuder goed indachtig moeten zijn, want in het verleden was de defensieve omschakeling bij Hoffenheim óók een groot probleem. Op dat vlak bracht de wedstrijd tegen Standard niet veel goede hoop voor de toekomst.
“Die eerste goal kan een keer gebeuren, maar die tweede mag vanuit mijn zicht niet vallen”, zei Alfred Schreuder na de wedstrijd. “Nogmaals: dat heeft te maken met scherpte. We waren daar niet voldoende gefocust”, waarbij hij benadrukte dat het verdedigende werk gewoon veel scherper moet. We stellen ons de vraag of het tweede tegendoelpunt van Club Brugge ook zou gebeurd zijn met Eder Balanta als nummer zes. De Colombiaanse breker was per slot van rekening niet toevallig incontournable onder Philippe Clement in de rol als verdedigende middenvelder.