Het voetbaltoernooi op de Olympische Spelen kende zaterdagnamiddag zijn apotheose. Eerder had Mexico al het brons veroverd, maar nu stond ook de finale op het programma. Het werd een bloedstollende strijd tussen Brazilië en Spanje, maar uiteindelijk volgde de Seleção zichzelf op de erelijst op. In de verlengingen schoot een Barcelona-flop naar de gouden medaille.
Zowel Brazilië als Spanje waren met een zeer sterke selectie naar Japan afgezakt en dus hoefde het niet te verbazen dat zij in de finale stonden. Richarlison kreeg na 38 minuten de ultieme kans op de openingsgoal, maar hij miste een strafschop. Het bleek slechts uitstel, want in de blessuretijd zorgde Matheus Cunha voor het openingsdoelpunt. Spanje zette de scheve situatie in de tweede helft echter nog recht met een goal van Oyarzabal, waardoor er na 90 minuten 1-1 op het bord staat.
Verlengingen moesten dus beslissing brengen en daarin ontpopte Malcom zich tot de held. De invaller, die enkele jaren geleden een weinig succesvolle passage bij FC Barcelona kende en tegenwoordig uitkomt voor Zenit, scoorde twaalf minuten voor tijd de beslissende goal. Brazilië pakt dus net als vijf jaar geleden in Rio de Olympische titel.