RSC Anderlecht hoopte stiekem op de tweede plaats bij aanvang van de Champions' play-offs. Na de 6 op 6 van Genk en de 2 op 6 van de Brusselaars moet er eigenlijk gewonnen worden van de Limburgers. Vincent Kompany sprak daags voor de wedstrijd de media toe.
Over de geblesseerde spelers: "Er zijn wat kleine pijntjes bij Kana en Stroeykens, maar niets ernstigs. Diaby krijgt wat rust en traint bijna weer mee, maar het is niet heel ernstig."
Over de trainingsarbeid (Lokonga heeft aangegeven dat er minder geconcentreerd wordt getraind): "Lokonga heeft het ook van mij gehoord (lacht). Inzake concentratie kan het beter op training, al is er genoeg intensiteit. Tegen Club en Antwerp maken we op het einde doelpunten, en fysiek staat het dus goed. Ik moet mij wel vaker 'boos' maken over gemiste balcontroles en een mindere passing. Dat is een mentale stap die de jonge gasten nog moeten zetten en er zijn jongens die daarover iets zeggen. Dat iemand als Sambi het ook openlijk zegt, is een goede evolutie. Er zijn bepaalde jongens die hun verantwoordelijkheden nemen. Ik ben alvast tevreden dat de spelers zich er zelf bewust van zijn. Maar deze momenten komen wel vaker voor in een seizoen, ook bij grote clubs in Europa. Al is dat minder frequent aanwezig in de top."
Over de matige match tegen Antwerp: "We hebben een analyse van de match gemaakt, zoals we altijd doen. Het plan was wel in orde, en we kregen de nodige ruimte maar er was die dag te weinig kwaliteit aan de bal. Dan moet je je afvragen of het plan van de coach goed was, of als je je als speler in vraag moet stellen."
Over Genk: "Ze kenden eind 2020 een sterke periode en nu weer. Genk heeft een ploeg die spelers heeft die het verschil kunnen maken. Als ze in vorm zijn is het een indrukwekkende ploeg. Onuachu? Als je 30 doelpunten scoort, dan weet je dat die jongen vertrouwen heeft. We kunnen ze allemaal overlopen en ook Bongonda en Ito zijn er. Wij moeten daar als team top tegen zijn. Als we iets minder sterk zijn als ploeg, dan hebben we het moeilijk. Maar we blijven competitief, want er is altijd een basis waar we op kunnen terugvallen."
Over het stijgend scorend vermogen in de ploeg: "Iemand als Yari zal op een dag topcijfers halen, net zoals andere spelers. Bij Genk hebben ze zo spelers, waarvan je weet dat ze jaarlijks goed zijn voor 15-30 doelpunten. Dat hebben wij nog niet, maar de laatste weken is het alvast positief dat er meerdere jongens zijn die de weg naar doel weten te vinden. Dat is belangrijk voor een ploeg. Bepaalde jongens zijn hun grenzen aan het verleggen."
Over het vertrek van Jonas De Roeck: "Na het seizoen zullen we rustig uitleggen over hoe de organisatie er uit zal zien. De samenwerking met Jonas was goed en positief en we hebben veel aan hem gehad."