Het is VfL Wolfsburg donderdagavond niet gelukt om te stunten in het Europa League-toernooi. Het 2-2 gelijkspel bij Napoli was onvoldoende na het kansloze 1-4 verlies in Duitsland. In de aanloop naar de wedstrijd moesten Kevin De Bruyne en Andre Schürrle geblesseerd afhaken bij de Wolven. Coach Dieter Hecking koos voor Bendtner in de spits. Bij Napels mocht Dries Mertens aan de wedstrijd beginnen, in de tweede helft toonde hij waarom. Wolfsburg stond voor een duidelijke opdracht: minimaal vier doelpunten maken en niets incasseren. In de eerste 45 minuten bleef de bevrijdende treffer echter uit en dus verdween het geloof aan Duitse zijde. De openingstreffer van José Callejón vlak na rust plaatste definitief een streep door de overgebleven hoop en een kwartier later wist Mertens er zelfs 2-0 van te maken. Met de 6-1 voorsprong over twee duels op zak besloot Napoli gas terug te nemen. Timm Klose en Ivan Perisic profiteerden van die situatie door de verhoudingen in de return weg te poetsen, maar zelfs de invalbeurt van Bas Dost kon definitieve uitschakeling niet meer vermijden.