Peter Vandenbempt is doorgaans de rustigheid in persoon. Eén van de boegbeelden van onze openbare omroep durft steeds voor zijn mening uit te komen, maar doet dat op een bedachtzame manier. Deze keer ging Vandenbempt echter even hélémaal los.
LEES OOK: Cath Luyten & Frank Raes verrassen met mooi nieuws
Het gewicht van de Vlaamse sportjournalistiekPeter Vandenbempt geldt al ruim drie decennia als een van de meest gezaghebbende sportjournalisten van het land. Zijn analyses op radio en televisie zijn helder, genuanceerd en rechtuit.
Ze maakten hem tot een vaste waarde binnen de nationale sportverslaggeving. Wat Vandenbempt zegt, weegt. Of het nu over Rode Duivels, competitievoetbal of het bredere sportklimaat gaat: zijn stem blijft een referentiepunt voor sportliefhebbers én collega-journalisten.
Maar af en toe laat de man met de serieuze reputatie zijn speelse, ironische kant zien. En dat gebeurde deze week opnieuw, in het Radio 2-programma WinWin.
“Terreur!”: Vandenbempt over de absurde plaag
Aan tafel bij WinWin trok Vandenbempt met zichtbaar plezier, maar ook met hoorbare irritatie, van leer tegen iets wat hem al langer stoort: de epidemie van verkleinwoordjes in de horeca. Volgens hem begint het al zodra je binnenstapt in een restaurant. “Mag ik uw jasje aannemen?”, imiteerde hij. “Mijn overjas komt tot onder mijn knie, dat is geen jasje!”
En dan volgt volgens hem steevast de volgende fase van wat hij zelf lachend “verkleinwoord-terreur” noemt: “Kan ik u een glaasje champagne aanbieden?” Waarop Vandenbempt droog antwoordt: “Neen, dat mag een volle fles zijn.”
De sportjournalist ziet de trend overal: bordjes, hapjes, soepjes, rekeningetjes. De spontane tirade, vergezeld van zijn typische expressieve mimiek, ging al snel viraal op sociale media. In de reacties wordt hij geprezen om zijn komische timing én om het feit dat hij zegt wat velen al langer denken.
Maarten Coenen