KRC Genk heeft donderdagavond voor de derde wedstrijd op rij gelijkgespeeld. In de inhaaltopper op Club Brugge kwam Racing nochtans op voorsprong na een puike eerste helft. Maar uiteindelijk moesten de Limburgers toch vrede nemen met een 1-1-gelijkspel.
Genk wou in het Jan Breydel-stadion een goede start nemen na de belabberde eerste helft van afgelopen weekend tegen STVV. En daar slaagde de ploeg van coach Wouter Vrancken ook in. De bezoekers namen de partij al snel in handen en hadden met voorsprong de beste kansen in de eerste helft.
In het slot van die eerste periode werd Genk ook beloond voor die goede start. Na een uitstekende combinatie wist Bilal El Khannouss immers de score te openen. Een dik verdiende openingstreffer, al mocht Racing het zich beklagen dat het verschillende goede kansen onbenut had gelaten.
Onvoldoende geprofiteerd
Na de pauze kwam de thuisploeg immers veel beter voor de dag. Plots was Club veruit de gevaarlijkste ploeg en dat leidde uiteindelijk tot de gelijkmaker van Hans Vanaken na een fraaie kopbal. De 1-1 was meteen ook de eindstand na een match met twee gezichten.
Vrancken had achteraf dan ook gemengde gevoelens. "Ik denk dat we heel tevreden mogen zijn over onze eerste helft, zowel verdedigend als qua initiatief", werd hij geciteerd bij HBvL. "Alleen hadden we er méér moeten maken. In de tweede helft weet je dat zij komen en wordt het een echte strijd. Jammer dat we na hun wissel van systeem geen gebruikmaakten van de ruimtes die in de hoeken ontstonden. Daar hadden we veel meer van moeten profiteren."
Blessure Heynen
Daarnaast was ook het uitvallen van de geblesseerde Bryan Heynen een belangrijk keerpunt. Zonder de aanvoerder verloor Genk zijn grip op de match helemaal, zeker omdat de invallers niet volledig overtuigden. "De enkelblessure van Bryan heeft ook wel impact gehad. Hij zat heel goed in de wedstrijd, was bepalend in balverlies en balbezit. Na zijn vervanging waren we minder dominant. Maar oké. Ook zonder hem hadden we beter moeten doen. De jongens die invielen hadden meer kunnen tonen", besloot Vrancken.