In de Serie A opende regerend kampioen AC Milan zijn seizoen met een Belgische toets. Charles De Ketelaere en Divock Origi debuteerden als invallers en zagen hun team meteen aan het langste eind trekken. In de Premier League liep Manchester United dan weer tegen een nieuwe blamage aan. Ze kregen deze keer een pandoering van het bescheiden Brentford.
Doelman David De Gea kende een ronduit rampzalig wedstrijdbegin in Brentford. Na tien minuten liet hij al een schot van Dasilva door zijn vingers glippen en nog eens acht minuten later bracht hij Eriksen in de problemen. De Deen kon de bal niet bijhouden en Jensen werkte de daaropvolgende counter genadeloos af. Het werd zelfs nog 4-0 voor de rust door goals van Mee en Mbeumo.
Erik ten Hag greep bij de rust in met drie wissels en die brachten een beetje beterschap, maar echt iets terugdoen lukte United niet meer. De 4-0 bleef tot het einde op het scorebord staan en met nul op zes staat United zowaar stijf laatste in de Premier League. En dan moet Liverpool volgende week nog op bezoek komen op Old Trafford...
DEBUUT CDK
Milan begon dan weer aan zijn seizoen met zijn drie Belgen op de bank. De Ketelaere en Saelemaekers mochten na 71 minuten wel invallen, terwijl Origi in de 83ste minuut zijn opwachting maakte. De eindstand stond op dat moment wel al op het bord. Udinese was in San Siro nog verrassend na twee minuten op voorsprong gekomen via Becão, maar Milan zette die scheve situatie snel recht. Na goals van Theo en Rebic stond het na een kwartier alweer 2-1. Vlak voor rust maakte Masina nog gelijk, maar in de eerste minuut van de tweede helft bracht Diaz Milan opnieuw op voorsprong. Rebic bepaalde met zijn tweede dan nog de eindscore op 4-2.