Velen hadden tegen Wit-Rusland Zinho Vanheusden aan de aftrap verwacht, maar uiteindelijk bleef de verdediger van Genoa net als tegen Estland en Tsjechië 90 minuten aan de bank gekluisterd. Dat leverde de bondscoach bakken kritiek op van zowel pers en publiek. Martinez had echter een uitleg klaar voor het aan de kant laten van Vanheusden.
"Zinho is nog jong, hij zal nog beter worden eens hij 20 matchen in de Serie A gespeeld heeft. Ik wou de drie verdedigers behouden die in Estland gespeeld hadden om aan de automatismen te werken. We hebben de nul gehouden, deze keer was de complementariteit veel beter. Ik hoop dat elke speler die niet gespeeld heeft ontgoocheld naar huis terugkeert, zodat ze veel zin hebben om volgende keer wel minuten te maken", aldus de Spanjaard bij La Dernière Heure.
Martinez koos in Kazan dus opnieuw voor het trio Alderweireld-Denayer-Boyata. Een toekomstgerichte keuze lijkt dat niet meteen, want Denayer is met zijn 26 lentes de jongste van dat trio. De 22-jarige Vanheusden moet dus nog minstens een maand langer wachten op zijn tweede cap, nadat hij in oktober 2020 zijn debuut maakte in een oefenmatch tegen Ivoorkust.