In de zoektocht naar een weg uit de financiële malaise, zag Anderlecht zich de afgelopen mercato's genoodzaakt enkele talenten uit de eigen jeugd vroegtijdig van de hand te doen. Zo vertrokken achtereenvolgens Sebastiaan Bornauw, Alexis Saelemaekers en Jérémy Doku, allen voor een fraaie som. Én een aanzienlijke doorverkoopclausule.
Vooral in het geval van Bornauw zou Paars-Wit zo wel eens een uitstekende zaak kunnen doen. De 21-jarige verdediger leverde in de zomer van 2019 reeds een achttal miljoen op, een aardig bedrag voor iemand waar niet iedereen binnen de club ten volste van overtuigd was. Bovendien dwongen de Brusselaars bij FC Köln een fiks percentage op de meerwaarde af: 20 tot zelfs 35 procent, afhankelijk van de bron. Dat had aan het eind van de vorige transferperiode een stevige bonus kunnen opleveren in het Lotto Park, want naar verluidt was Bornauw ei zo na voor maar liefst 25 miljoen richting Lazio verhuisd.
In dat geval had Anderlecht dus nog eens 3,4 tot zelfs bijna zes miljoen mogen bijschrijven op de rekening. Nu dreigt het die meer dan welgekomen miljoenen echter mis te lopen, want na zijn zwakke prestaties tijdens de voorbije interlandbreak belandde Bornauw ook in de Bundesliga voor het eerst dit seizoen op de bank. Zonder hem ging Köln, dat nog altijd wacht op haar eerste zege en met amper drie punten op de voorlaatste plaats bengelt, wel opnieuw onderuit. Wie weet kan hij zijn plaats dus snel heroveren, maar of er snel nog een nieuw bod van die orde zal binnenkomen valt toch ten zeerste te betwijfelen.