Er is nog iets pijnlijker dan een offday: een reeks offdays. Vorige week speelde Anderlecht drie keer, en drie keer zakte Lucas Hey onder de lat die je van een basisspeler in paars-wit mag verwachten. Het was niet één uitschieter, ook geen pech, maar een patroon. En net dát moet de alarmbel doen rinkelen op Neerpede.
LEES OOK: 3.5 op 10 - Brokkenpiloot maakt zich onmogelijk bij Anderlecht
Hasi nijdig en geïrriteerdTegen Antwerp FC kon je het nog wegwuiven omdat Lucas Hey defensief niet door de mand was gevallen, maar gaf wel stereotiepe passes, en toonde te weinig durf om een linie te breken. In minuut 89 was een slecht verwerkte hoge bal met wat pech wél fataal.
Vier dagen later tegen AA Gent waren de excuses al op. In zijn eerste duel te makkelijk voorbij gelopen door Skoras, steekpasses naar nergens, en Besnik Hasi die zichtbaar nijdig werd van de halfslachtige interventies. “Een paar interventies die Hasi irriteerden”, stelde La Dernière Heure vast.
Tegen Oud-Heverlee Leuven werd hij twee keer afgetroefd door Ikwuemesi, kreeg vroege gele kaart, en bleef de relance te traag. Ikwuemesi won niet alleen sprints, hij won vooral élk detail vóór de sprint—arm, schouder, eerste contact. Dat is geen kwestie van pure topsnelheid; dat is anticipatie, gif en gewoonte.
Hey begot: dit is geen toeval, dat is een patroon
Drie matchen op rij onder de ondergrens: dat is geen toeval, dat is een patroon. De constante? In het eerste duel komt hij te laat of is hij niet sterk genoeg. “Ze missen leiders, smeerlapjes,” zei Hein Vanhaezebrouck begin september al in Het Nieuwsblad, met een expliciete knipoog richting Hey. “Als je sommige spelers in de duels ziet, zoals Hey, begot.”
Aan de bal kiest hij te vaak veilig horizontaal in plaats van een verticale pass. Onder druk vertraagt zijn relance net wanneer de ploeg versnelling nodig heeft. Waar Zeno Debast, met wie Hey binnen Anderlecht vaak wordt vergeleken, diagonaal durfde steken en Jan Vertonghen met één pass een flank losmaakte, houdt de Deen het bij braaf en breed. In deze competitie is braaf doorgaans gewoon gevaarlijk.
Enkel tegen KRC Genk presteerde hij boven de ondergrens. Hey hield Hyeon-gyu Oh aan banden. Knap. Alleen, als je in de drie matchen daarna telkens wegzakt, wordt Genk de uitzondering. En de hamvraag bij een titularis is niet “kan hij het?”, maar “doet hij het iedere week?”
De opvolger van Jan Vertonghen
3 miljoen uit Nordsjaelland voor een 22-jarige die in Brussel als opvolger van Jan Vertonghen werd gezien; Deense en Belgische media die zwaaiden met leiderschap, techniek en zelfs Golden Boy-glans. Olivier Deschacht noemde hem “de beste verdediger van Anderlecht.”
En zijn beste wedstrijd speelde hij ironisch niet als centrale verdediger, maar wel als zes tegen Cercle Brugge. Sinds Hasi overnam, krijgt Anderlecht dat beste van Hey niet meer te zien. “De verdediger die toch nog het vaakst onder zijn voeten krijgt van Hasi”, aldus Het Nieuwsblad. De vraag die De Zondag half september stelde—“Is Hey-Kana een centraal duo voor een topploeg?”—lijkt vandaag eerder een waarschuwing dan een vraag.