Stephan Calander
De Rode Duivels gingen met 2-0 onderuit tegen Frankrijk en dat resultaat had grote gevolgen. Aanvoerder Kevin De Bruyne ging helemaal over de rooie. Na afloop stond De Bruyne tegenover Gilles De Bilde en de spelverdeler was zichtbaar geïrriteerd.
De Bruyne haalde dan ook flink uit naar zijn ploegmakkers. Die woorden blijven nog steeds hangen en Wim De Coninck analyseerde waar de woede van KDB vandaan kwam.
Twee schuldige Duivels
Volgens de analist van Sporza zijn er twee échte schuldigen voor het relaas van De Bruyne na de wedstrijd. "Als hij spreekt over zes verdedigers, neemt hij daar ook middenvelders Onana en Tielemans bij, die mee terugplooiden. Hierdoor hadden de Fransen te veel ruimte om te voetballen. Het waren dus vooral Tielemans en Onana die hem in de steek lieten.”
De Bruyne was duidelijk dat zijn ploegmakkers niet deden wat bondscoach Domenico Tedesco voor de wedstrijd had gevraagd. Tijdens de rust had KDB zijn teamgenoten al op hun plaats gezet, maar er kwam geen verbetering. “Hij gaf ook aan dat er niet werd gedaan wat er vooraf was afgesproken. In het begin verrasten we de Fransen wel met hoge druk, bijvoorbeeld. Dit in tegenstelling tot wat we op het EK deden."
Alles viel uit elkaar
In de tweede helft konden de Rode Duivels ook geen vuist meer maken. "Alleen vielen we daarna uit elkaar als ploeg. Vooraf was er nog hoop dat onze driehoek het technisch mindere middenveld van de Fransen zou kunnen domineren, maar het waren eigenlijk vooral Tielemans en Onana die De Bruyne in de steek lieten. Zij hadden de achterlinie naar voren moeten trekken, maar nu werden we na de openingsfase zelf overvleugeld."
De Bruyne is uiteraard een ploeg vol wereldsterren bij Manchester City gewend. Die weelde hebben de Rode Duivels niet (meer). "Pas op, De Bruyne heeft het zelf nog geprobeerd recht te trekken, zou tijdens de rust al op tafel hebben geslagen en was constant aan het sturen. Maar dat ze niet deden wat er gevraagd was en zo alle zwakke punten blootgelegd werden, kon hij maar moeilijk begrijpen”, aldus De Coninck.
