Bij KSV Roeselare konden ze ook dit seizoen rekenen op Gilles Lentz, een talentvolle doelman van 23 jaar. De ex-speler van Standard en KRC Genk belandde in 2012 op Schiervelde. "Ik heb nog een contract van één seizoen, maar ik weet nog niet hoe mijn toekomst er zal uitzien", zegt Lentz aan VoetbalNieuws. Lentz steekt zijn ambitie niet onder stoelen of banken. "Ik heb sinds mijn aankomst in Roeselare gezegd dat het mijn ambitie was om naar de eerste klasse te gaan. Ik heb veel respect voor de club die me veel kansen heeft gegeven toen niemand me nog kende. Ik heb veel respect voor het bestuur, de staf, de spelers en de supporters." "Ik voel me hier goed en dat heb ik ook altijd gezegd. Ik heb bij Roeselare nog een contract van één seizoen, maar ik weet nog niet hoe mijn toekomst er zal uitzien. Of Roeselare me onlangs een nieuw voorstel deed? Neen, ik had op het einde van vorig seizoen bijgetekend voor twee seizoenen." "Ik denk dat ik een goed seizoen achter de rug heb. Ik heb punten gered voor mijn ploeg en dat is wat men vraagt van een doelman. Ik beging bijna geen enkele fout. Mijn troeven en werkpunten? Ik denk mijn eenvoud, mijn reflexen en mijn één-tegen-één. Ook dirigeer ik goed de verdedigers en zijn mijn uitworp en uittrap er de laatste drie seizoenen goed op vooruitgegaan." "CASILLAS EN DE GEA ZIJN MIJN IDOLEN" "Maar ik moet ook zeggen dat ik die punten wil verbeteren. Men moet blijven trainen om beter te worden", aldus Lentz, die zoals de meeste doelmannen lichtende voorbeelden heeft. "Toen ik kleiner was, was dat Oliver Kahn. Daarna werd het Logan Bailly toen hij bij Genk speelde. Nu is hij een goede vriend. Nu zijn Casillas en De Gea mijn idolen." Roeselare sloot zijn seizoen af als elfde. "Dat is goed, gezien de eerste zes matchen waarbij we geen sterke start namen. Voor de rest denk ik dat we een rustig seizoen hebben gekend, maar voor een ploeg als Roeselare moeten we beter doen. Als we echter naar de geblesseerden kijken die we gehad hebben, naar de zieken, naar de kleine kern enzovoort, dan kunnen we zeggen dat dit een goede positie is, ook al hadden we beter kunnen doen", besluit Lentz.