Vanaken doet straffe uitspraak over voetbaltoekomst

Club Brugge maakt zich op voor een druk seizoen waarin het opnieuw wil meedoen voor de prijzen in eigen land en een goede beurt wil maken in de vernieuwde Champions League. Daarvoor rekent men onder meer op Hans Vanaken. Die wil voorlopig van geen stoppen weten.

Na zijn stormachtige doorbraak op het hoogste niveau bij KSC Lokeren, versierde Vanaken in het voorjaar van 2015 een toptransfer naar Club Brugge. En dat bleek de start van een succeshuwelijk. Zo groeide de spelmaker er uit tot één van de clublegendes en won hij er de ene grote prijs na de andere.

LEES OOK: Gouden Schoen: vijf grote favorieten, drie outsiders

Enkele jaren doorgaan

Inmiddels werd Vanaken al zes keer kampioen met Blauw-Zwart, wat van hem een gedeelde recordhouder maakt. Maar de Limburger nadert onvermijdelijk de herfst van zijn carrière. Eind augstus viert hij alweer zijn 32ste verjaardag. Desondanks is stoppen bij Club of als profvoetballer in het algemeen, nog lang niet aan de orde.

Bij Het Laatste Nieuws werd de aanvoerder zelfs gevraagd of hij niet kan doorgaan tot zijn 40ste. "Ik zal sowieso doorgaan zolang het kan. Ik zei al eens dat ik tot mijn 36ste of 37ste wil voetballen, maar als het langer kan...", klinkt het. "Vandaag geniet ik nog steeds volop van het spelletje. Mocht dat ooit verdwijnen, los van het fysieke aspect, dan stop ik ermee."

Derde Gouden Schoen?

Ondertussen heeft Vanaken bij Club wel al zowat alles gewonnen wat er te winnen valt. Toch liggen er zeker nog enkele mooie uitdagingen op hem te wachten. Bijvoorbeeld voor de derde keer in zijn carrière met de Gouden Schoen aan de haal gaan. Na een sterke tweede helft van vorig seizoen, krijgt hij daar bij de volgende editie misschien wel dé kans toe.

Volgens Vanaken is die derde Gouden Schoen allerminst een obsessie, eerder een gevolg van goede prestaties op het veld. "Dan zou die Gouden Schoen wel een bekroning zijn voor een mooi jaar. Ik heb nog plaats, dus die Schoen is altijd welkom", stelt hij. "Ik denk wel dat ik voor mijn eerste half seizoen veel punten kan krijgen. Er is nog een tweede helft, dus is het afwachten. Bij mij is het ook wel zo dat ik afhankelijk ben van wat anderen doen. Als een speler hetzelfde presteert als ik, zal hij daarvoor misschien veel meer punten krijgen."