De meest besproken Anderlecht-speler dit seizoen is ongetwijfeld Benito Raman. De guitige aanvaller stond in de voorbije weken en maanden meermaals ter discussie, maar desondanks bewijst hij toch een belangrijke pion te zijn in de ploeg van Brian Riemer. Zijn statistieken in de laatste zes wedstrijden, sinds de Deense coach de sportieve leiding overnam, zijn indrukwekkend te noemen. Ondertussen is hij zelfs samen met Lior Refaelov de co-topschutter van Anderlecht met vier competitiedoelpunten.
VAN ZERO TO HERO
Benito Raman zal nooit veranderen. Hij is speels, joviaal en soms onvolwassen. Tegen Antwerp FC liet hij zijn ploeg in de steek door een ‘oerdomme’ rode kaart te pakken. Raman kreeg een eerste gele kaart door zich te mengen in een opstootje rond Calvin Stengs, en daarna volgde een tweede gele kaart door een nutteloze en opzichtige trekfout te plegen op Willian Pacho. Hij wist bovendien niet dat hij al een gele kaart gekregen had. Onbegrijpelijk volgens velen. En dat voor een ervaren 28-jarige voetballer.
Benito Raman verdeelde al de meningen bij de paars-witte achterban, alsook in de bestuurskamer, en door deze domme actie - en belabberde prestatie - tegen Antwerp FC verspeelde hij veel krediet. Door die veelbesproken uitsluiting moest Raman één wedstrijd brommen en dat gebeurde tegen KV Oostende. De spits, getooid in een paars-witte sjaal, was toen wel aanwezig in de bezoekende tribune in Oostende. Tussen de supporters en hij maakte zich populair door handtekeningen uit te delen, selfies te maken en mee te zingen met de spreekkoren.
LOVE HIM OR HATE HIM
Benito Raman scoorde punten bij de fans, hij maakte de verplaatsing naar Oostende met een supportersbus, maar in de tribunes werd hij ook gespot met een pintje tussen zijn handen. Niet erg professioneel volgens een groot deel van de Anderlecht-fans en de club. En daarna werd hij door zijn ploegmaats ook nog eens op het veld getrokken, Raman ligt erg goed in de spelersgroep, maar die actie krijgt wellicht nog een staartje. De politie van Oostende voert namelijk een onderzoek want een supporter mag nu eenmaal het veld niet betreden.
Er hangt Benito Raman een boete of zelfs een stadionverbod boven het hoofd. Niet dat de 28-jarige daar zwaar in de maag mee zit. Raman scoorde vorig weekend alweer een doelpunt tegen Sint-Truiden en hij vierde zijn goal alsof hij een pintje aan het drinken was. “Iedereen heeft commentaar dat ik graag een pintje drink, dus trok ik er maar een open”, reageert hij spottend op de beelden van de uitmatch in Oostende. Raman zorgt voor controverse, zoveel is duidelijk. You love him or you hate him.
METAMORFOSE ONDER RIEMER
Benito Raman zal altijd een vaak besproken voetballer zijn, maar het moet ook gezegd dat hij zich in de laatste weken opwerpt tot een belangrijke pion voor Brian Riemer. “Ik wil hem prijzen. Na zo’n lange afwezigheid deed hij het ongelofelijk goed”, stelde de coach van Anderlecht al na de wedstrijd tegen Zulte Waregem, waarin hij belangrijk was door twee doelpunten te scoren. “Raman is een slimme aanvaller die scoort en vecht”, liet Riemer eerder ook al vallen. “En in de kleedkamer brengt hij vreugde.”
Benito Raman voelt zich langs zijn kant ook goed onder de vleugels van Brian Riemer, want ondertussen maakte hij al drie doelpunten in zes competitiewedstrijden, en dat in amper vier basisplaatsen, onder de Deense coach. Dat is een groot verschil in vergelijking met zijn eerdere negen competitiewedstrijden onder Felice Mazzu en Robin Veldman, waarin hij amper één keer de netten deed trillen. Met vier competitiedoelpunten hijst Raman zich momenteel zelfs naast Lior Refaelov als co-topschutter van de ploeg in de Jupiler Pro League.
Benito Raman haalt in zijn laatste zes competitiewedstrijden een erg hoog doelpuntengemiddelde van 0,82 doelpunt per wedstrijd. Dat is een indrukwekkend ritme dat enkel Paul Onuachu en Michael Frey konden overtreffen, weliswaar niet over een tijdspanne van zes competitiewedstrijden maar wel in respectievelijk 19 en 14 matchen. Toch is dit een belangrijke indicatie over de groeiende vorm van Raman. De 28-jarige aanvaller onderneemt onder Riemer zelfs drie keer zoveel doelpogingen dan onder Felice Mazzu en Robin Veldman. Bovendien moest hij in de laatste zes competitiewedstrijden volgens de expected goals ‘maar’ twee in plaats van drie keer gescoord hebben.
