Kobe K
Er leek eindelijk vaart te komen achter de stadionplannen van Club Brugge. De locatie op de Olympia-site kon rekenen op een behoorlijk draagvlak, Blauw-Zwart hoopte zelfs om in het seizoen 2022-2023 al zijn intrek te nemen in de nieuwe voetbaltempel. Maar dinsdag werd een nieuwe bom gelegd onder het project.
Eén van de belangrijkste voorwaarden was dat er ook voor Cercle Brugge een locatie werd gevonden voor een nieuw maar kleiner stadion. Daarvoor werd de Blankenbergse Steenweg naar voren geschoven. Maar na enkele klachten besloot de Raad van State dinsdag om hier geen goedkeuring voor te geven. En zolang Cercle geen alternatief op papier heeft staan, eist de Vereniging dat er voorlopig niet wordt gestart met de bouwwerken. Het dossier lijkt dus opnieuw helemaal vast te zitten.
UPDATE 21u51
Opnieuw een opdoffer dus voor de Brugse stadionplannen, maar de twee ploegen hoeven niet te wanhopen. Aan aangeven van CD&V'er Brecht Warnez en enkele andere Brugse parlementsleden, kwam het dossier inmiddels ook te sprake bij de Vlaamse overheid. En hun interventie bleef niet zonder gevolgen. Zo liet minister van Omgeving Zuhal Demir (N-VA) verstaan dat ze zich persoonlijk met het dossier zal moeien.
Zij zal eerstdaags samenzitten met de betrokken partijen. De bedoeling van Demir is in eerste instantie om het huidige plan te reanimeren. "Ik ga deze week zowel Club Brugge, Cercle Brugge als het stadsbestuur samen zetten om een oplossing te vinden. In eerste instantie ga ik onderzoeken of ik binnen de acht dagen het ruimtelijk uitvoeringsplan licht kan wijzigen en zo het plan toch kan doorgevoerd worden", werd de Limburgse politica geciteerd bij HLN.
Het stadiondossier van Club Brugge is terug naar af. De Raad van State vernietigde het plan om een stadion voor Cercle Brugge te bouwen langs de Blankenbergsesteenweg. “Minister Demir zal snel zoeken achter een oplossing samen met de actoren”, zegt @bwarnez (@cdenv) pic.twitter.com/kJutxcNdQ5
— vlaamsparlement.tv (@vptvlive) October 7, 2020
LEES OOK: Burgess haalt stevig uit na rode kaart: “En dan nog zeggen…”
