Terwijl de gesprekken over het nieuwe competitieformat en televisiecontract op gang komen, probeert Club Brugge zijn stempel te drukken op de onderhandelingen.
Met een voorstel voor een competitieformat met veertien eersteklassers en herziening van de play-offs, staan grote en kleine clubs lijnrecht tegenover elkaar. Club Brugge eist op zijn beurt een grotere brok van de tv-inkomsten en overweegt zelfs de individuele verkoop van tv-rechten voor extra inkomsten.
Dit zet de Belgische voetbalwereld op scherp, met het debat over de toekomst van de competitie in volle gang.
Het TV-contract: 103 miljoen euro per jaar
In juni 2025 loopt het huidige mediacontract tussen de Pro League en Eleven DAZN ten einde, wat jaarlijks €103 miljoen oplevert en de belangrijkste inkomstenbron vormt voor de Belgische profclubs.
Met het oog op het vinden van nieuwe mediapartners, staat de Pro League dit jaar voor de uitdaging om het televisiecontract opnieuw op de markt te brengen.
De afgelopen weken hebben er verschillende officiële en informele vergaderingen plaatsgevonden over het competitieformat en het product dat de clubs presenteren, met als doel de onderhandelingen met potentiële mediapartners optimaal voor te bereiden.
De kernvraag is echter: hoe zal het voetbalseizoen van 2025-26 eruitzien? Hoeveel profclubs zullen er deelnemen en wat zal het format van de play-offs zijn?
In het midden van december hebben afgevaardigden van de 'Grote Acht' - Union, Anderlecht, Club Brugge, AA Gent, Antwerp, Genk, Standard en Charleroi - zich verzameld in het Kasteel van Bever, eigendom van Bart Verhaeghe, voorzitter van Club Brugge.
Deze bijeenkomst was informeel, omdat men wilde vermijden dat informatie uitlekte die de sereniteit met de andere 'kleinere' clubs, die niet betrokken waren bij deze verkennende gesprekken, in gevaar zou brengen.
14 clubs mét play-offs
Tijdens deze ontmoeting kwamen verschillende standpunten naar voren, met name dat de topclubs minder wedstrijden willen spelen om een grotere impact te hebben in Europa.
Dit heeft geleid tot gesprekken voor een format met veertien eersteklassers - twee minder dan nu -, een herziening van de play-offs en een striktere scheiding tussen de eerste en tweede klasse.
Het is duidelijk dat het huidige competitieformat met zestien clubs en de play-offs serieus ter discussie staat.
Vorige dinsdag hebben de Grote Acht dit standpunt gezamenlijk geuit op de Algemene Vergadering van de Pro League. Zoals te verwachten viel, sloeg dit nieuws bij de kleine clubs aan als bom.
Zij staan namelijk niet te springen om het aantal clubs nog maar eens af te slanken. Lorin Parys krijgt de opdracht om de geformuleerde standpunten te onderzoeken, maar het is nu al zeker dat de kleine clubs zich zullen verenigen om deze plannen tegen te houden.
Er is namelijk een tweederdemeerderheid nodig tijdens de stemming op een nieuwe Algemene Vergadering (wellicht in juni) om de competitieformule te veranderen.
Club Brugge moet inbinden met play-offs
Club Brugge speelt een cruciale rol en is nauw betrokken bij de gesprekken over de nieuwe competitieformule. De club staat bekend als geen voorstander van de play-offs en heeft gepleit voor het afschaffen van de nacompetitie, waardoor het aantal wedstrijden aanzienlijk zou worden verminderd.
Dit idee vond echter weinig steun, omdat andere Belgische topclubs niet willen snijden in de belangrijke topwedstrijden, maar eerder in de matchen tegen kleinere clubs.
Als compromis wordt er nu overwogen om de play-offs met zes ploegen te behouden, maar er is wel een draagvlak om het halveren van de punten af te schaffen.
De standpunten over het competitieformat zijn duidelijk gedefinieerd, en nu is het zaak om te onderhandelen om tegen juni uiteindelijk een tweederde meerderheid te verkrijgen tijdens de nieuwe Algemene Vergadering.
Club Brugge eist meer geld: individuele verkoop tv-rechten als drukmiddel
Bovendien beschouwen verschillende topclubs een nieuw competitieformat als een hefboom om meer inkomsten te genereren. Minder ploegen betekent minder wedstrijden, maar ook meer topaffiches, wat potentieel interessant is voor de inkomsten uit het nieuwe tv-contract.
“Uit cijfers is gebleken dat er naar bepaalde matchen (bijvoorbeeld tussen kleine clubs, red.) amper gekeken werd. Ze kosten meer dan dat ze opbrengen: de tv-zenders moeten er namelijk camera- en mediaploegen naartoe sturen”, merkte sporteconoom Trudo Dejonghe op in Het Nieuwsblad.
Club Brugge heeft zelfs voorbehoud gemaakt bij de collectieve verkoop van tv-rechten en overweegt om zijn mediarechten individueel te vermarkten. Bob Madou, de nieuwe CEO van Club Brugge, heeft eind februari verklaard dat hij graag ziet dat de mediagelden worden verdeeld op basis van de bijdrage per club.
“Wij denken dat wij en een paar anderen een groot aandeel hebben in het totaalbedrag”, zei hij aan Het Nieuwsblad. Dit voorbehoud bij de collectieve verkoop kan worden gebruikt als drukmiddel om individueel tv-rechten te verkopen.
Hierdoor zou Club Brugge aanzienlijk meer kunnen verdienen aan het tv-contract, maar dit zou de kloof tussen de grote en kleine clubs vergroten en de Belgische competitie als geheel devalueren.
Het Laatste Nieuws heeft zelfs de vraag gesteld of de Belgische Mededingingsautoriteit dit zou toestaan, maar “dat de onderhandelingen om het nieuwe mediacontract weer hard zullen gespeeld worden, is duidelijk.”