De Engelse Premier League werd vrijdag opgeschrikt door een juridisch bommetje. Zo kreeg Everton FC een reductie van tien punten opgelegd wegens inbreuken op de financiële regelgeving. Die beslissing doet ook Manchester City en Chelsea FC huiveren.
In het Engelse voetbal toont men niet langer genade voor inbreuken op de Financial Fair Play-regels, zeker niet voor de steenrijke clubs uit de Premier League. Dat mocht Everton aan den lijve ondervinden. De Toffee's kregen een zware sportieve sanctie opgelegd en zakken door de puntenaftrek naar een gedeelde laatste plaats.
De club uit Liverpool kreeg deze straf opgelegd voor structurele verliezen. Over een periode van drie jaar mag een club maximum 120 miljoen euro verlies maken, daar zat Everton zwaar over. Bovendien zaten de documenten die eigenaar Farhad Moshiri inleverde om zijn onschuld te bewijzen vol met onjuistheden.
115 klachten tegen City
Dat Everton nu zo'n zware sportieve straf krijgt, bewijst dat het 'zero tolerance'-beleid definitief in werking is getreden. En dat betekent slecht nieuws voor Chelsea en Manchester City. Beide grootmachten hebben eveneens een onderzoek naar financiële wantoestanden aan de broek.
De Blues worden verdacht van het verduisteren van bepaalde betalingen aan makelaars onder het bewind van ex-eigenaar Roman Abramovich. Bij City is de omvang van het dossier nog groter. De regende landskampioen heeft maar liefst 115 aanklachten (!) tegen zich lopen.
Puntenvermindering of degradatie
Indien de lijn van Everton wordt doorgetrokken, zouden beide topclubs wel erg zware sancties kunnen krijgen. "City en Chelsea moeten rekening houden met een oplawaai. Britse juristen denken aan directe degradatie of een puntenmindering van dertig", schrijft men bij Algemeen Dagblad.
Op korte termijn zal het zo'n vaart echter niet lopen. Gezien de omvang van het onderzoek verwachten Britse bronnen pas ten vroegste binnen twee jaar een uitspraak over City. Bovendien hebben beide clubs voldoende middelen om tot het uiterste te gaan in hun juridische strijd.