Jannick Lanckriet
De voorbije jaren werd al een paar keer geopperd dat Club Brugge weleens op weg zou kunnen zijn om 'het Bayern van België' te worden. Door de hoge inkomsten die het genereert in de Champions League en met transfers, heeft het de voorbije jaren een financiële kloof geslagen met de concurrentie.
Die kloof lijkt dit seizoen alleen maar groter geworden te zijn. De succesvolle campagne in het kampioenenbal, waarin Club het schopte tot de achtste finales, leverde een slordige 60 miljoen euro op. Daarnaast lijkt de kassa in de zomer weer te zullen rinkelen met enkele lucratieve transfers.
Eigen jeugd doet Brugse kassa alsmaar meer rinkelen
Goudhaantjes als Ordoñez, Jashari en Tzolis lijken eerder vroeg dan laat met flinke winst doorverkocht te zullen worden. Maar het is niet alleen door slim in te kopen dat Blauw-Zwart grote transfersommen binnenhaalt.
Ook de eigen jeugd doet de kassa alsmaar meer rinkelen. Charles De Ketelaere was het eerste zelf opgeleide product dat echt te gelde gemaakt kon worden en met Maxim De Cuyper, Joaquin Seys en Chemsdine Talbi zitten er nog enkele lucratieve transfers in de pijplijn die 'made in Bruges' zijn.
Club neemt onbetaalbare voorsprong
Voor sporteconoom Wim Lagae doet Club daarmee misschien wel de beste zaak. "Wat Club Brugge daar aan het doen is, is onbetaalbaar", oppert hij in Het Nieuwsblad. "Club NXT is een enorm succesverhaal. Club Brugge is de eersteklasser die het meest doet met een beloftenteam in de Challenger Pro League. Succes trekt ook succes aan."
Club lijkt dus alsmaar meer traditionele opleidingsclubs als Anderlecht, Genk en Standard bijgehaald of gepasseerd te hebben. "Dat is ook een verhaal van investeringen die ze in het verleden gedaan hebben", weet Lagae. "Mocht het arrest-Diarra transferbedragen minder belangrijk maken, zou de nadruk nog meer komen te liggen op doorstroming uit eigen jeugd. Club Brugge heeft daar nu een voorsprong genomen."
