Stephan Calander
Maxim De Cuyper en Joaquin Seys zijn dit seizoen de absolute smaakmakers bij Club Brugge. De vleugelverdedigers zijn jeugdproducten van de club en de Rode Duivels lonken. Terwijl De Cuyper afgelopen interlandperiode uitblonk met België moest Seys langs de zijlijn toekijken met een blessure.
De Cuyper was tegen Oekraïne belangrijk met het openingsdoelpunt in Genk, zo zette de Club Brugge-sterkhouder de straffe comeback in gang. Seys maakte ook veel kans op een selectie bij de Rode Duivels, maar kampt met blessureleed bij Blauw-Zwart. Beide Bruggelingen spraken met HUMO.
Stevige kritiek
Seys kampt met een blessure en haalde stevig uit naar de bomvolle kalender. “Zeker voor mij, dit is mijn eerste seizoen bij het eerste elftal. Vorig jaar speelde ik één keer in het weekend met Club NXT (de belofteploeg van Club Brugge, red.) en had ik een hele week om me daarop voor te bereiden. Nu is het serieus aanpassen. Het vraagt veel van ons lichaam.”
Ook De Cuyper vindt de kalender veel te druk. “Ja, veel te veel: je kunt dat ritme van drie matchen per week onmogelijk volhouden. Drie à vier jaar misschien, maar dan komt er een moment dat het op is. Het moeilijkste is om je telkens weer op te laden, dat vraagt enorm veel energie. Na een tijdje gebeurt dat op automatische piloot en kom je in een soort waas terecht.”
Burn-out dreigt
Phil Foden van Man City gaf toe een zware burn-out te hebben gehad nadat 70 wedstrijden in één jaar hem fysiek hadden gesloopt. Seys is niet verrast. “Na vijf weken kreeg ik het daar ook moeilijk mee. In het begin wilde ik constant spelen en er altijd voor gaan. Het verrast mij niet dat Foden een burn-out had. Het vraagt mentaal zo veel. Zeker bij Manchester City, waar de pers erbovenop zit.”
