Arne Decraene
Dankzij een krappe 0-1 zege tegen Dinamo Minsk staat Anderlecht met één been in de groepsfase van de Conference League. Toch was het opnieuw niet allemaal rozengeur en maneschijn bij de Brusselaars, die andermaal geen overtuigende prestatie op de mat wisten te leggen. Een aantal spelers vielen dan ook door compleet door de mand.
Brian Riemer, die vooral Colin Coosemans mocht bedanken dat zijn team met de hakken over de slot een bonus voor de terugmatch in het Lotto Park veroverde, pakte enigszins verrassend uit met een aantal wijzingen in zijn typeploeg. Zo maakte Killian Sardella achterin voor het eerst plaats voor Thomas Foket, en werd er ook voorin gewisseld.
Angulo ergert Riemer
Tenslotte verschenen zowel Nilson Angulo als Luis Vazquez aan de aftrap, waardoor Yari Verschaeren en Kasper Dolberg naar de bank verhuisden. Een experiment dat echter niet het gewenste resultaat opleverde, want de twee aanvallers slaagden er allebei niet in om hun stempel te drukken en werden dan ook vroegtijdig naar de kant gehaald.
Het Laatste Nieuws zag hoe vooral Angulo de lijn van zijn zwakke invalbeurt tegen KV Mechelen doortrok en Riemer zo zelfs op de zenuwen werkte. "Dit soort wedstijden zouden een kolfje naar zijn hand moeten zijn, maar de technisch vaardige winger gaf niet thuis", aldus de krant over de logische vervanger van de geblesseerde Francis Amuzu.
Vazquez onbeholpen
Ook bij Het Nieuwsblad was men streng voor de 21-jarige Ecuadoraan, die met een vier op tien als enige een buis op zijn rapport kreeg. Vazquez slaagde er evenmin in om zijn kans te grijpen. "De Argentijn maakte een onbeholpen indruk", aldus HLN, terwijl Het Nieuwsblad wel opmerkt dat hij hard werkt en tenminste weegt op de verdediging.
Niettemin kreeg Vazquez, net zoals Foket, Anders Dreyer, Theo Leoni en de ingevallen Majeed Ashimeru overigens, ook daar slechts een vijf op tien voor zijn matig optreden in Hongarije. Of hoe het jonge duo Zuid-Amerikanen de eerstkomende tijd wellicht toch genoegen zal moeten blijven met een zitje op de bank.
