Feyenoord heeft in de tweede helft afstand genomen van de amateurs van Xerxes/DZB. Ronald Koeman had zijn elftal op een paar plaatsen gewijzigd, maar desondanks stond er een aardig team. Dat was in de eerste helft niet te zien, maar na rust was het gebeurd met de weerstand van de Hoofdklasser.
In een levendige eerste helft begon Xerxes/DZB voortvarend. Binnen drie minuten had de thuisploeg al twee keer kunnen scoren. Kevin Vermeulen zag Kostas Lamprou redden en Yoeri Rombouts schoot slecht in waardoor de Griekse goalie opnieuw kon redden. Daarna herstelde Feyenoord zich enigszins, maar echt hele grote kansen creëerde de bal niet. Alleen Graziano Pellé stichtte gevaar met een knappe volley en een kopbal.
Op slag van rust kregen de amateurs weer twee aardige mogelijkheden. Aanvoerder Stefan de Vrij kopte bijna in eigen doel en Serginho van Axel-Dongen verzuimde goed uit te halen. Zijn schot eindigde over. Tussendoor had Omar Elabdellaoui een goed schot, maar Jesper Hogedoorn had daar geen moeite mee.
In het tweede bedrijf nam Feyenoord afstand van de amateurs, maar daar had het wel een eigen doelpunt voor nodig. Een matige voorzet van John Goossens werd door Anthony Bentem in eigen gegleden. Daarvoor had Hogedoorn nog uitstekend gered op inzetten van invaller Terence Kongolo en Pellé.
Tien minuten na het eerste doelpunt maakte Kongolo wel zijn eerste doelpunt in het Feyenoord-shirt. De jonge verdediger kopte de bal met een boogje over Hogedoorn heen. Twee minuutjes later maakte Ruud Vormer ook zijn eerste goal in het shirt van Feyenoord, hij omspeelde de keeper uit een uitstekende bal van Tonny Vilhena (foto).
In de slotfase kreeg Feyenoord nog een aantal mogelijkheden op een nog hogere score, maar uiteindelijk moest er een penalty aan te pas komen om de vierde treffer te maken. Invaller Lex Immers benutte het terecht gegeven buitenkansje.
Scoreverloop:
0-1 (60') Anthony Bentem (eigen doelpunt)
0-2 (70') Terence Kongolo
0-3 (72') Ruud Vormer
0-4 (85') Lex Immers (strafschop)
LEES OOK:
Feyenoord geniet van JPL-toppers: Kuyt lyrisch
Robert Bruining
