Het seizoen 2017-2018 zal Philippe Clement niet snel vergeten. In zijn eerste jaargang als hoofdtrainer maakte hij meteen zoveel indruk bij Waasland-Beveren, dat hij al na enkele maanden werd weggeplukt door KRC Genk. En met die ploeg mag hij zich weldra opmaken voor de bekerfinale én hoogstwaarschijnlijk ook Play-Off I.
Nochtans duurde het een tijdje voor Clement zijn ploeg bij Genk op de rails kreeg. Al kon hij daar zelf blijkbaar niet zoveel aan doen. "Al bij de eerste training ben ik enorm geschrokken hoe hoe weinig vertrouwen de spelers hadden en in welke fysieke toestand ze zich bevonden. Ik had voor die eerste training van alles gepland, maar na een uur zag ik hun kaarsjes zo uitdoven. Ik dacht: als ik nu doe wat ik van plan ben, komen er bij die twaalf in de ziekenboeg nog een paar bij", getuigt hij in Sport/Voetbalmagazine.
Gelukkig voor Clement volgde snel na zijn aanstelling alweer een winterse stage en daar werd hard gewerkt. "Van de resultaten van de maximaaltesten die we voor de stage afnamen, schrok ik opnieuw. Dus zijn we dat stap voor stap gaan aanpakken. Op stage hielden we lange trainingen om aan de basisconditie te werken. Dat mijn spelers vervolgens in Jan Breydel méér kilometers aflegden dan die van Club Brugge, toont aan dat we stappen gezet hebben."
