Zaterdagavond werden nog drie kwalificatiematchen voor het EK afgewerkt. Met Portugal en Frankrijk kwamen daarin twee kampioenen in actie en allebei deden ze wat ze moesten doen: winnen. De titelverdediger in de Nations League won na een prangend slot met 2-4 in Servië, terwijl de wereldkampioen geen kind had aan Albanië en met 4-1 won.
Portugal leek aanvankelijk op weg naar een makkelijke zege in Belgrado, want na goals van Carvalho en Guedes kwam het 0-2 voor. Milenkovic bracht met een rake kopbal de spanning echter terug, tot Cristiano Ronaldo tien minuten voor tijd de boeken dicht leek te doen. De Serviërs kwamen echter nogmaals terug met een knal van Aleksandar Mitrovic, maar uiteindelijk maakte Bernardo Silva toch de klus af voor de Portugezen.
Frankrijk had dan weer helemaal geen moeite met Albanië. Nadat de match enkele minuten later van start was gegaan door geklungel met het volkslied, klungelden Les Bleus op het veld niet. Coman opende vroeg de score en Giroud verdubbelde nog voor rust. Het had halfweg zelfs al 3-0 moeten staan, maar Griezmann knalde een penalty op de lat. Na rust diepten de Fransen de score echter gewoon verder uit met goals van opnieuw Coman en debutant Ikoné. In de slotminuut kon Cikalleshi vanop de stip de eer nog redden.
In de laatste match wist Turkije maar op het nippertje een blamage te vermijden. Tegen Andorra bleef het bijzonder lang op 0-0 steken, maar in de 89ste minuut bevrijdde Ozan Tufan de Turken alsnog. Sinan Bolat bleef overigens de hele match op de bank.